De bedrijven gebruiken daarvoor dezelfde technologie die wordt ingezet om auteursrechtelijk beschermd materiaal automatisch offline te halen, zeggen bronnen tegen Reuters.
De technologie zoekt naar zogenoemde hashes, een soort digitale vingerafdruk waaraan video’s te herkennen zijn. Die vingerafdruk wordt vergeleken met eerder verwijderde video’s, waardoor extremistische opnames die opnieuw worden gedeeld automatisch verwijderd worden.
Extremistische video’s die niet eerder zijn gedeeld kunnen door het systeem ook worden herkend, maar worden niet automatisch offline gehaald. Daarvoor is nog wel de tussenkomst van een medewerker nodig, maar die is dan niet langer enkel afhankelijk van gebruikers die een extremistische video handmatig rapporteren.
Mensenwerk
De bronnen van Reuters willen niet zeggen hoeveel mensenwerk er zit in het bekijken van video’s die volgens de systemen op eerder verwijderde video’s lijken. Ook willen ze niet zeggen hoe groot de database extremistische video’s is die wordt gebruikt om nieuwe opnames automatisch te ontdekken.
De nieuwe technologie moet waarschijnlijk nog worden verfijnd, waarbij bedrijven mogelijk ook onderling kennis uitwisselen. Toch zouden internetbedrijven in geval van extremistische video’s minder duidelijke grenzen stellen dan in geval van bijvoorbeeld copyright en kinderporno, waarbij de wet duidelijk wordt overtreden. Daardoor verschilt de aanpak per bedrijf.
In geval van extremistische video’s houden sites rekening met onder meer de vrijheid van meningsuiting en de rol die bedrijven spelen bij het zelfstandig handhaven van overheidsbeleid. Bovendien zouden de technieken die bedrijven gebruiken niet openlijk worden besproken, deels uit zorg dat terroristen de software leren te manipuleren of dat onderdrukkende regimes de technologie inzetten om tegenstanders te censureren.
Gesprekken
In april zouden internetbedrijven waaronder YouTube, Twitter en Facebook een overleg hebben gehad over mogelijkheden voor het blokkeren van extremistische uitingen. Facebook wil niet inhoudelijk op die gesprekken ingaan, maar zegt wel dat het met andere bedrijven samenwerkt om materiaal dat het antiterrorismebeleid schendt te verwijderen.
YouTube wil ook niet op de gesprekken ingaan. Twitter zegt dat het de gesprekken nog evalueert en nog geen standpunt in de zaak heeft ingenomen. Het Witte Huis verwelkomt initiatieven van internetbedrijven om beter te reageren op de dreiging die terroristen online vormen.