Dat schrijft het United Nations Environment Programme (UNEP), de VN-organisatie voor Milieuzaken, in een rapport dat dinsdag in Genève is geopenbaard.
Over twee jaar gaat het al om 50 miljoen ton per jaar. Het is lucratieve handel, waarvan de waarde jaarlijks circa 17 miljard euro bedraagt.
UNEP maakt zich zorgen omdat de verwerking van de berg afval van computers, televisies, telefoons en andere elektronica vooral in Azië en Afrika plaatsvindt.
Kinderarbeid
Landen als Ghana, Nigeria, Ivoorkust, China, India, Pakistan en Bangladesh nemen het leeuwendeel van de illegale verwerking voor hun rekening. Daar komt bij dat deze “tsunami aan elektroafval”, zoals de milieuorganisatie het noemt, dikwijls door kinderen wordt verwerkt.
Het gaat niet alleen om een substantieel deel van niet-recyclebaar afval in de wereld, maar ook om materiaal dat giftige bestanddelen bevat. Dat betekent immers een gevaar voor de gezondheid van de mens en het milieu.
De landen van de Europese Unie kennen officieel een verbod van de export van giftig afval naar ontwikkelingslanden. UNEP constateert echter dat dat verbod telkens weer wordt omzeild. Duizenden tonnen afval worden met valse papieren toch uitgevoerd. Zo staan bijvoorbeeld giftige batterijen op de benodigde documenten als plastic vermeld.
De milieuorganisatie roept in haar rapport op tot naleving van de geldende verboden en in dat verband strengere controles uit te voeren.