Dat zei Vint Cerf, een van de geestelijk vaders van het internet, tijdens een toespraak op de alternatieve conferentie GCCS Unplugged, waar vooral wordt gepraat over het vrij en open houden van het internet. Cerf is momenteel de ‘internetevangelist’ van Google.
Volgens Cerf lag de focus op de officiële top, waar hij ook sprak, te veel op beveiliging. “Veel mensen op de GCCS zijn bang”, stelt hij. “We hebben oplossingen nodig om veiliger te zijn, maar er is veel meer dat aandacht nodig heeft.”
De internetpionier denkt dat er de komende tijd veel gaat veranderen op internet. Als voorbeeld noemt hij het ‘internet of things’, waarbij veel apparaten aan het internet worden gekoppeld. Over de gevolgen daarvan moet volgens hem worden nagedacht.
Cerf verwacht verder dat het nieuwe internetprotocol IPv6, dat nu nog maar door zo’n 4 procent van de internetters wordt gebruikt, opeens zal doorbreken. “Vijf jaar geleden was het maar 0,4 procent en nu al vier. Het gebruik zal exponentieel gaan toenemen”, zegt hij. Hij benadrukte dat verantwoordelijke partijen klaar moeten zijn voor de overgang op het systeem, dat het systeem van ip-adressen op de schop gooit.
Cloud
Een andere grote verandering gaat volgens Cerf het zogenoemde ‘intercloud-effect’ worden, waarbij de clouddiensten van verschillende leveranciers aan elkaar worden gekoppeld. Daardoor wordt het beter mogelijk om samen te werken en kennis te delen.
Dat aanbieders van cloudoplossingen bang zijn voor het verbinden met een concurrent is volgens hem maar tijdelijk. Hij wees erop dat in de beginjaren van het internet leveranciers als MCI of Compuserve een eigen gesloten dienst hadden. “Toen we MCI aansloten wilden de anderen ook. Met toestemming van de overheid hebben we dat gedaan en konden klanten van verschillende bedrijven met elkaar mailen.”
Open internet
Cerf zegt dat het belangrijk is om te beseffen dat het succes van het internet is gebouwd op standaarden en respect voor mensenrechten. “Je moet het open houden. Toen wij het internet voor iedereen beschikbaar maakten was het open, zonder beperkingen en zonder patenten.” Juist de geest van het grijpen van de kansen die het internet biedt, zonder blind te zijn voor de gevaren, zou volgens Cerf centraal moeten staan op de GCCS-top.
Als het aan hem lag zou in Europa meer geld beschikbaar komen om bedrijven de ruimte te bieden nieuwe techniek te ontwikkelen. “Er is een reden dat Alibaba in Amerika naar de beurs ging en niet in China.”
Ook de sfeer mag wat hem betreft in Europa veranderen om opener voor innovatie te zijn. “Als je experimenteert, faalt 90 procent van de bedrijven. In de Verenigde Staten is dat geen teken van mislukking, maar juist een toonbeeld van ervaring. Het is goed als iets niet lukt.”