De nieuwe minister Ard van der Steur (Veiligheid en Justitie) noemde tijdens een debat in de Tweede Kamer wel enkele voorbeelden van politiezaken waarbij gegevens die werden opgeslagen onder de bewaarplicht van pas zijn gekomen. Hij beloofde meer informatie hierover naar de Kamer te zullen sturen.
De bewaarplicht werd onlangs buiten werking gesteld door een rechter, die oordeelde dat er onvoldoende waarborgen waren om de privacy van gewone burgers te beschermen. Het kabinet wil het opslaan van gegevens over internet- en telefoongebruik weer mogelijk maken, maar de toegang tot deze gegevens verder beperken.
Tijdens het debat vroegen verschillende Kamerleden om bewijs dat de bewaarplicht überhaupt belangrijk is voor de opsporing. “In hoeveel procent van de misdaden heeft het een bijdrage geleverd?”, vroeg D66-Kamerlid Kees Verhoeven aan de minister.
Van der Steur zei dat zo’n “kwantitatieve onderbouwing” niet beschikbaar is. “Soms blijkt uit de gegevens dat een verdachte het niet heeft gedaan. Dat zie je niet terug in de statistiek.” Ook in zaken waar bewaarplichtdata wel een verdachte in beeld brengt spelen de gegevens vaak een “sturingsrol”, waarover geen cijfers beschikbaar zijn, zei Van der Steur.
Robert M
Hij zei dat historische telecomgegevens in de zaak rond kindermisbruiker Robert M. hebben geleid tot het in beeld brengen van zijn netwerk. Daarnaast noemde hij verschillende andere voorbeelden, waaronder een drievoudige moord en een DDoS-aanval op een Nederlandse bank, waarbij zulke gegevens nuttig waren bij de veroordeling van een verdachte.
Kamerleden van de VVD, PVV en CDA zeiden begrip te hebben voor het gebrek aan cijfers rond de bewaarplicht. Zij zeiden dat ook op basis van “kwalitatieve” informatie een oordeel over het nut hiervan kan worden geveld en VVD-Kamerlid Jeroen van Wijngaarden noemde het verzoek van D66 “cijferfetisjisme”.
De drie partijen toonden hun steun voor het kabinetsvoorstel dat de bewaarplicht terug zou brengen. “Het is meerdere malen aangetoond dat bij het opsporen van bepaalde vormen van criminaliteit de opslag van telecomgegevens onmisbaar is”, zei CDA-Kamerlid Peter Oskam.
Sceptisch
In gesprek met NU.nl zei PvdA-Kamerlid Astrid Oosenbrug eerder dat ook zij een nieuwe bewaarplicht steunt, maar tijdens het debat pleitte zij voor een “informatieplicht”, die gebruik zou maken van gegevens die providers nu al bewaren voor hun eigen bedrijfsvoering. Het Openbaar Ministerie kan die gegevens nu echter al opvragen en het is onduidelijk hoe de informatieplicht zou verschillen van de huidige situatie.
Naast PvdA en D66 uitten ook SP, ChristenUnie en GroenLinks zich sceptisch over de nieuwe bewaarplicht. “Het vrije internet kent veel bedreigingen. De bedreiging die van de overheid uitgaat is misschien niet de grootste maar wel de zorgelijkste”, zei Groenlinks-Kamerlid Liesbeth van Tongeren.
De gegevens die onder de inmiddels afgeschafte bewaarplicht werden opgeslagen kunnen door justitie niet meer worden gebruikt en moeten worden vernietigd, bevestigde minister Henk Kamp (Economische Zaken). Hij zei dat het Agentschap Telecom binnen een maand langsgaat bij de grootste Nederlandse providers om toe te zien op de vernietiging van de gegevens.