
Zaterdagnacht bleek uit een studie die werd gepubliceerd in het tijdschrift Pnas dat het sociale netwerk in 2012 een week lang de emoties van sommige gebruikers probeerde te beïnvloeden door sommige statusupdates van vrienden te verbergen.
In totaal was 1 op de 2.500 Facebook-gebruikers betrokken bij het experiment. De onderzoekers concludeerden dat gebruikers die alleen positieve of negatieve emoties te zien kregen, zelf ook iets vaker diezelfde emotie deelden.
Op internet werd voornamelijk negatief gereageerd op het experiment. Verschillende bloggers omschreven het onderzoek als onethisch, omdat gebruikers ongevraagd werden ingezet als emotioneel proefkonijn. Via de gebruiksvoorwaarden van Facebook gaan gebruikers hiermee akkoord, maar deze worden door veel mensen niet gelezen.
Bezorgdheid
Onderzoeker Adam Kramer schrijft op Facebook dat zijn studie een statistisch significant, maar wel vrij minimaal effect vond. In totaal bevatten duizend woorden in statusupdates gemiddeld één emotioneel woord minder dan normaal.
Kramer zegt dat het onderzoek bedoeld was om Facebook beter te maken. “We vonden het belangrijk om de veelvoorkomende zorg te onderzoeken dat het zien van positieve posts door vrienden ertoe leidt dat mensen zich zelf negatief of buitengesloten voelen”, schrijft hij. Het onderzoek vond juist het tegenovergestelde effect.
“Ik begrijp waarom mensen hier zorgen over hebben, en ik en mijn mede-auteurs bieden onze excuses aan voor de manier waarop de paper het onderzoek beschreef en de bezorgheid die hierdoor ontstond”, schrijft Kramer. “Achteraf gezien waren de voordelen van het onderzoek misschien niet al deze ongerustheid waard.”