
De zogenoemde Supernumerary Robotic Limbs van het Massachusetts Institute of Technology zitten met een harnas aan de rug van de gebruiker, meldt Spectrum.
Omdat de robotarmen niet ontworpen zijn om menselijke armen te vervangen maar te ondersteunen, kopiëren de robotarmen de menselijke armen niet 100 procent. In plaats daarvan worden bewegingen van het hele lichaam gemeten, om zo te bepalen hoe de armen het beste kunnen helpen.
Twee modellen
MIT heeft twee modellen ontworpen: één waarbij de robotarmen boven de schouders van de gebruiker uitkomen, een ander waarbij de armen aan de onderrug hangen.
Het schoudermodel kan bijvoorbeeld gebruikt worden bij werken boven het hoofd. MIT demonstreert dat in een video waarbij de robotarmen een stuk hout tegen het plafond houden, zodat de gebruiker zijn handen vrij heeft om dat hout te monteren.
MIT ziet ook voor zich dat de schouderarmen deuren kunnen openen wanneer iemand zijn echte handen vol heeft. Inclusief harnas wegen de schouderarmen zo’n 4,5 kilo.
Boeing
Ook heeft MIT een variant ontwikkeld waarbij robotarmen aan de onderrug van de gebruiker hangen. Dat onderzoek is gesponsord door vliegtuigmaker Boeing, die de armen wil gebruiken om het zijn werknemers makkelijker te maken.
De armen kunnen helpen bij het tillen van zware materialen, bukken, hurken of voor lange tijd staan. Naast armen kunnen aan die versie namelijk ook twee robotbenen worden bevestigd, die de gebruiker ondersteunen. Eén robotarm en één robotbeen is ook een mogelijke combinatie.
Volgens de wetenschappers bieden losse roborarmen voordelen ten opzichte van een zogenoemd exoskelet. Zo’n pak omsluit de gebruiker zodat die zwaardere dingen kan tillen. De wetenschappers denken dat hun armen veelzijdiger zijn voor gebruikers die niet alleen hun eigen lichaamskracht robotisch willen versterken.
Robothand kan vliegensvlug objecten vangen
Toekomstvisie: Een kijkje in het robotlab van de Universiteit Twente