De motie werd dinsdag met een een meerderheid van 148 stemmen aangenomen. Alleen de tweemansfractie van FvD stemde tegen.
SP-Kamerlid Maarten Hijink en D66-Kamerlid Kees Verhoeven dienden de motie vorige week in, tijdens een debat over ransomware WannaCry. De snelle verspreiding van de ransomware zette het belang van een sterke digitale beveiliging weer hoger op de politieke agenda.
Gehackte waterkokers
Hijink en Verhoeven roepen het kabinet in de motie op om te onderzoeken welke minimale veiligheidseisen aan internet of things-apparten kunnen worden gesteld, hoe die eisen kunnen worden afgedwongen en welke overige maatregelen nodig zijn om consumenten te beschermen tegen slecht beveiligde apparatuur.
“Niemand zit te wachten op een massale cyberaanval via gehackte waterkokers of koelkasten”, aldus de motie. Verhoeven van D66 pleitte eind 2016 al voor officiële veiligheidsstandaarden voor internet of things-apparaten.
Veel apparaten hebben tegenwoordig een internetverbinding, maar zijn niet goed beveilig of gebruiken recht uit de verpakking bijvoorbeeld een standaardwachtwoord. Daarmee vormen zulke apparaten een zwakke schakel in de internetbeveiliging van consumenten, waar hackers misbruik van kunnen maken.
Standaard
Hoewel de Europese Commissie onderzoek doet naar een eventuele standaard voor dergelijke apparten, is daar vooralsnog niets uitgekomen. Verhoeven stelde vorig jaar voor om als Nederland alvast stappen te nemen, Hijink gaat daarin mee.
“Veel consumenten zijn simpelweg niet bewust van de gevaren”, aldus Hijink. “Je kan dat bewustzijn wel vergroten, maar zolang fabrikanten producten op de markt brengen die voor de normale gebruiker onveilig zijn, schiet je daar niet zoveel mee op.”
Hijink stelt voor om fabrikanten in ieder geval een aantal basiseisen te stellen wanneer ze zulke producten op de markt brengen. De Kamer zal de komende tijd spreken over de invulling van het onderzoek naar de slimme gadgets.