Dat zei Eurocommissaris Andrus Ansip op dinsdag bij een evaluatie van het Digitale Single Market-initiatief. Met dit initiatief wil Brussel ook de telecommarkt centraal reguleren met betrekking tot frequenties, wat nu vaak nog per land gebeurt.
“Ik blijf horen dat er politieke intentie is om aan te sluiten bij onze veranderingen voor het draadloze frequentiebeleid”, aldus Ansip. “In de praktijk merk ik echter dat er ten onrechte veel weerstand bestaat.”
Die weerstand zorgt er volgens Ansip voor dat het langer kan duren tot een mobiel 5G-netwerk binnen Europa beschikbaar wordt gesteld. “We riskeren om deze wereldwijde race te verliezen, terwijl we juist voorop moeten lopen.”
Nieuw beleid
Eind 2016 werden er al afspraken gemaakt over de frequenties over specifiek 5G, maar met de nieuwe regels wil Brussel dat frequentie-afspraken centraal worden geregeld.
In 2020 wil de Europese Unie de eerste tests met 5G uitvoeren.
Niet flexibel
De uitspraak van Ansip komt een aantal weken nadat vijftien Europese lidstaten bezwaar maakten tegen een initiatief om de frequentiemarkt centraler te reguleren. Hierbij zouden bedrijven minstens 25 jaar frequenties kunnen huren.
De lidstaten vonden het voorstel inflexibel, omdat frequenties te lang zouden worden gelicenseerd. “Je voorkomt innovatie als de gebruikte frequenties langer worden gelicenseerd dan dat de betreffende technologie oud is”, aldus een document ondertekend door de landen.