Review: Topshooter Overwatch kandidaat voor game van het jaar

Overwatch is niet een game met uitzonderlijk veel maps, modi of mogelijkheden. Het is een competitieve multiplayergame zonder singleplayer. Het is zes tegen zes. Vier simpele modi. Twaalf maps.

Veel gamers maakten zich van te voren zorgen over dit beperkte aanbod. Onterecht, blijkt nu. Wij hebben tientallen uren in de consoleversie gestoken en geen moment hebben we eraan gedacht om daar een punt achter te zetten, want van verveling of herhaling is allerminst sprake.


Competitief

De uiteenlopende Heroes van Overwatch, en hoe zij met elkaar samenwerken, zorgen ervoor dat er constant mogelijkheden, tactieken en personages te ontdekken zijn. Je hebt sowieso nog even de tijd om beter te worden aangezien de competitieve Ranked Play-modus pas in juin wordt toegevoegd.

Dit onderdeel is vertraagd omdat er na de bèta veel kritiek kwam op het matchmakingsysteem in Ranked Play. Of Overwatch als competitieve game een lang leven beschoren is, zal dus nog moeten blijken. Het zal ons gezien de kwaliteiten van Overwatch overigens niet verbazen als Blizzards jongste telg een grote speler in de e-sportswereld wordt.


Game voor iedereen

Maar Overwatch is bij uitstek een game voor iedereen: zowel beginnende shooter-spelers als ervaren rotten halen er plezier uit. Dankzij de vele verschillende krachten van alle Heroes is er altijd wel een leuke speelstijl waarin je je als beginner kunt specialiseren. Je hoeft nooit bang te zijn dat je ‘te slecht bent’ voor Overwatch.

Wel is het aan te raden om met bekenden te spelen. Zonder vrienden valt veel van de charismatische samenwerking in Overwatch weg, zoals in veel competitieve multiplayergames. Bovendien ga je vaak dood wanneer spelers niet met elkaar (kunnen) samenwerken en communiceren.

Dat is namelijk juist het ding in Overwatch: om lol te hebben hoef je niet goed te kunnen richten of schieten. Je moet vooral goed samenwerken.


Simpel concept

Zoals in elke goede multiplayergame is het concept simpel: de modi draaien om een aanvallende partij en een verdedigende partij. Soms moet je een gebied veroveren en behouden, soms moet je de payload van A naar B begeleiden, soms is het een mengvorm van die twee.  

Overwatch oogt in ieder geval altijd als één grote chaos. Je ziet mensen teleporteren, gigantische draken die door muren worden geschoten, gorilla’s in safaripakjes die door de lucht vliegen en voor je het weet regent het rakketten.

Het getrainde oog ziet het tactische schouwspel dat achter die chaos van Overwatch schuilgaat. Spelers zijn aan het flanken, proberen de verdediging of aanval te breken, zorgen ervoor dat iedereen genoeg health en shield heeft, zoeken naar overzicht of creëren afleiding. Kortom: Spelers zijn aan het samenwerken. Als dat lukt, geeft de game je een fantastisch gevoel.


Als een trein

Nog zo’n kwaliteit is het gevoel van de besturing. We hebben de game op de Xbox One, PlayStation 4 en pc gespeeld en op ieder platform speelt Overwatch als een trein. Aanvankelijk waren we bang dat de wapens een beetje impact zouden missen, maar dat is allerminst het geval.

De dubbele shotguns van Reaper voelen enorm krachtig en de longbow van Hanzo is misschien wel de fijnste longbow in een game ooit.


Samenwerken als team

Al die Heroes, hun wapens en hun zowel passieve als actieve vaardigheden maken Overwatch iedere ronde tot een feestje. Overwatch telt 21 Heroes en hoewel ze zeer verschillend zijn, zijn ze grofweg verdeeld in vier concrete rollen, uiteenlopend van helemaal offensief tot pure support.

Er is zeker één healer of support nodig is om tegen een goed team te winnen. En het liefst heb je in de verdediging ook een tank klaar staan, zodat het team letterlijk wat body heeft.

Als team probeer je elkaars pluspunten te benutten door rollen te combineren en van elkaars krachten gebruik te maken. Aanvallende personages lopen vooraan, verdedigende personages zakken terug.

Ben je in een duel beland, dan probeer je vooral de pijnpunten van andere Heroes bloot te leggen. Ieder personage kent sterke plussen en minnen, die je moet leren kennen om ze te kunnen benutten.

De snelle Tracer kan gemakkelijk dichtbij trage doelwitten komen om schade te doen, maar een traag doelwit als Winston heeft veel leven, en kan Tracer gemakkelijk aan met zijn lompe, onnauwkeurige aanvallen. Snipers als Hanzo en Widowmaker kunnen daarentegen op hoger gelegen platformen komen waar sommige andere personage niet bij kunnen. Als gevolg zijn zij vooral een makkelijk doelwit voor elkaar.


Mooie momenten

Overwatch zit barstensvol mooie momenten. Tracer kan teleporteren naar de plek waar hij drie tellen geleden was. Je zit dus constant te tellen en te bedenken waar je uit zou komen. Als dit precies uitkomt, is de vreugde in het team groot.

Ook onmogelijk lijkende comebacks zijn Overwatch op de een of andere manier eigen. Tot twee keer toe stonden we met 99 punten achter en wonnen we uiteindelijk met 99 tegen 100. Daardoor leg je de game met zijn korte potjes maar moeilijk weg. Dat is ook de verdienste van de twaalf maps, waarop simpelweg weinig aan te merken is. Elk potje is leuk.

De balans is voor een game die pas net uit is subliem, maar nog niet perfect. De sterkste krachten van diverse Heroes zijn soms oneerlijk krachtig. Aan de andere kant: Ze zijn altijd te counteren. Bovendien hoor je dat ze worden ingezet als je goed luistert.

Hoewel de snelle gameplay net iets beter uit de verf komt op de pc, oogt en draait Overwatch op alle platformen als een bezetene, zonder framedrops en zonder screen-tearing.


Conclusie

Mocht je een gamende vriendengroep hebben, dan kunnen we Overwatch niet anders dan aanraden. En als je geen gamende vrienden hebt, dan vind je die vrienden hier. Nu rest ons niet anders dan je de komende weken veel plezier te wensen. En mocht je ons tegenkomen, vergeet dan vooral niet waar die ene vervelende Tracer drie seconden geleden was. 

This entry was posted in tech. Bookmark the permalink.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

You may use these HTML tags and attributes: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <strike> <strong>