Een perfect werkend thuisnetwerk dat niet hapert willen we allemaal. Zowel draadloos als bekabeld razendsnel internetten en streamen zonder problemen. Het is mogelijk! Een goed begin is het halve werk: er moet eerst een goede fundering komen. In dit artikel geven we 5 tips waarmee u vandaag nog kunt beginnen.
Dit is een partnerproductie. Lees hier wat dit betekent.
Tip 1: Eén klein kastje
Bij je netwerk thuis vormt de router het fundament. Een router bestaat uit één klein kastje is, maar er zitten vier apparaten in verwerkt: een router, netwerkswitch, draadloos toegangspunt én een firewall. Het is dan ook niet zo gek dat als dat éne kastje stottert, het hele netwerk daardoor hapert/op zijn gat ligt.
De meeste routers in het midden en hoge segment – zoals de TP-LINK Touch P5 of razendsnelle Archer C2600 – bieden tegenwoordig dual-band en AC-wifi met drie of vier antennes en zijn eenvoudig achter de router van uw provider te installeren. Hierdoor verbetert u uw netwerk en beschikt u omgerekend over een gecombineerde, theoretische, draadloze doorvoersnelheid van 1900 Mbit of zelfs 2600 Mbit/s. Bij een draadloze verbinding moet u echter wel rekening houden met natuurlijke verliezen door interferentie en muren.
Tip 2: Draadloos versus kabelverbinding
Met een degelijke router hebt u een uitstekende basis voor een thuisnetwerk. Hieruit kunt u weer kabels trekken naar apparaten die standaard in het netwerk opgenomen zijn zoals mediaspelers, Smart TV’s, streaming audio-apparaten of ip-camera’s.
Hoewel draadloos netwerk steeds beter wordt, is het nog niet zo snel en betrouwbaar als een kabelverbinding. Een draadloos netwerk kan altijd uitvallen of last krijgen van storingselementen in de omgeving. Bij apparaten die een stabiele en betrouwbare verbinding nodig hebben is het dan ook verstandig om voor een kabel te kiezen.
Tip 3: Netwerkstekker
Als een kabel trekken vervelend of geen optie is, kunt u kiezen voor een netwerkstekker, ook wel homeplug genoemd. Bijvoorbeeld de TP-LINK TL-WPA4530-KIT of TL-PA8030 KIT. Deze zet een netwerkverbinding op via het lichtnet, waarbij met de eerstgenoemde ook nog een extra wifi punt wordt gecreëerd. Super handig!
Een homeplug biedt een ‘semi-bekabelde’ verbinding zonder dat u gaten moet boren of kabels hoeft te leggen. Een homeplug heeft wel last van verlies in snelheid over lange afstanden, waardoor hij niet zo snel is als een gigabit-kabel.
Tip 4: Haal het beste uit je Wifi
Wifi straalt in een bolvorm af dus het is belangrijk dat het draadloos toegangspunt zo centraal mogelijk staat in huis. Op die manier is de dekking optimaal. Zorg er ook voor dat u de router op een vrij kanaal instelt. Veel apparaten staan standaard op kanaal 6. Dat is echter zelden een vrij kanaal. Zoek met een app – wifi analyzer bijvoorbeeld – naar een vrij kanaal en stel de router daarop in.
Verbind indien mogelijk altijd met het 5 GHz netwerk. Dat is sneller en stabieler dan 2,4 GHz. Het bereik is echter minder groot. Kortom: op zolder zult u wellicht voor 2,4 GHz moeten kiezen.
Als u dead spots in huis hebt, is een tweede accespoint een uitkomst. Kan dat niet, dan is een extender een mogelijkheid. (Echter wel minder stabiel). Is uw router dual-band, dan is een dual-band extender – denk aan de TP-LINK RE450 – een verstandige en snelle optie.
Tip 5: Plug and play
Een switch biedt een ideale uitbreiding wanneer u aan de vier poorten op uw router niet genoeg hebt. Een switch is letterlijk plug and play. Gewoon een kabel erin en de rest van de poorten kunt u gebruiken voor uitbreiding van het netwerk. Handig voor bij de tv waar bijvoorbeeld ook een game-console en streamer staat!