Apple wordt er in de zaak van beschuldigd misbruik te hebben gemaakt van zijn marktpositie. Tussen 2006 en 2009 waren nummers die in iTunes werden verkocht voorzien van kopieerbeveiliging (DRM), waarmee het onmogelijk werd om muziek van andere verkopers dan Apple te beluisteren met de mp3-speler.
Apple stopte in maart 2009 met het gebruik van de beveiliging. Uit het serienummer van de de iPod die wordt gebruikt door de aanklagers, blijkt dat die is gekocht in september, meldt persbureau AP. Dat zou betekenen dat de aanklagers nooit last hebben ondervonden van de kopieerbeveiliging.
Volgens de advocaat van Apple kan de rechtszaak daardoor niet doorgaan, en moet er worden bewezen dat de iPods daadwerkelijk voor maart 2009 zijn gekocht. De rechter was daar minder stellig, maar uitte ook haar zorgen: “Ik ben bang dat ik geen aanklager heb. Dat is een probleem”, aldus de rechter, die nader onderzoek wil doen voordat ze erover oordeelt.
De aanklagers hebben gezegd op zoek te zijn naar bonnetjes. Daarnaast merkten zij ook op dat, indien de desbetreffende iPod niet valt onder de rechtszaak, er nog 8 miljoen consumenten zijn die wel over de benodigde iPod beschikken.
De rechtszaak wordt al jaren voorbereid en ging dinsdagavond (Nederlandse tijd) van start. De aanklagers eisen een schadevergoeding van 350 miljoen dollar (280 miljoen euro).