Het vieze Londen mag dan een hele andere wereld lijken dan het Parijs uit voorganger Unity, onder de kap draait nog steeds dezelfde motor. Het goede nieuws is dat ontwikkelaar Ubisoft de AnvilNext 2.0-engine beter heeft weten te beteugelen: Assassin’s Creed Syndicate kent niet de vele bugs die voorganger Unity plaagden, al zijn er wel kleine op- en aanmerkingen.
Ook gedurende de gameplay willen de bewoners van het industrieel bedrijvige London nog wel eens vreemde capriolen uithalen. Zo zagen we meermaals Harry Potter-achtige taferelen ontvouwen, waarbij een bezem op ogenschijnlijke magische wijze volledig zelfstandig de straat aanveegde. Ook willen sommige Londenaren nog wel eens vast komen te zitten in een blinde muur. Dit zijn slechts kleine hobbels op de weg, die vaker grappig dan irritant zijn.
De tweeling
Dit groezelige Londen verkent de speler door de ogen van twee verschillende personages: Jacob en Evie, de Frye-tweeling. Assassin’s Creed Syndicate besteedt weinig tot geen tijd aan de voorgeschiedenis van het kibbelende duo. In plaats daarvan wordt de speler meteen de actie in getrokken.
Dat is een gemiste kans, want het verhaal wat zich gedurende Assassin’s Creed Syndicate ontvouwt komt maar langzaam op gang. Hoewel schurk Tempelier Starrick meer charisma en diepte heeft dan voorgaande vijanden, heeft het verhaal nét te weinig diepgang om het overweldigende gevoel van de allereerste Assassin’s Creed-delen op te roepen.
Starrick is echter niet het enige levendige personage dat in Londen rondloopt. Hoewel historische figuren als Charles Darwin en Alexander Graham Bell voor een komische noot zorgen, zijn de echte sterren van Assassin’s Creed Syndicate de Frye-tweeling. Zelden zagen we een charismatischer en dodelijker koppel dan Jacob en Evie Frye.
Prettige veranderingen
Deze personages mogen dan kleurrijk en vermakelijk zijn, op het gebied van gameplay is er weinig om écht enthousiast van te worden. Londen herbergt een hoop zijmissies, waarvan verreweg de meeste bedoeld zijn om delen van de stad te verlossen van de wurggreep die de Tempeliers er op uitoefenen.
Het geld en de grondstoffen die hiermee worden verdiend, worden voornamelijk gebruikt om wapens en andere gebruiksvoorwerpen te maken in het simpele crafting-systeem of om upgrades voor je vers opgerichte bende aan te schaffen.
Ook in de kern van de gameplay is weinig veranderd. De gevechten en het freerunnen zijn nagenoeg identiek aan voorganger Unity, waardoor de speler soms het gevoel krijgt simpelweg op herhaling te gaan in plaats van een nieuw avontuur te beleven.
Toch zijn er kleine vernieuwingen die het geheel opluisteren. Zo is de introductie van een rope launcher een verademing voor iedereen die zich kapot ergerde aan het vele nodeloze klimmen. Met één druk op de knop lanceert het spelfiguur zichzelf naar een willekeurig punt in de omgeving, of creëert hij of zij spontaan een kabelbaan tussen twee punten. Dit zorgt er voor dat er aanzienlijk minder tijd en frustratie zit in het freerunnen.
Vallen en opstaan
Het freerunnen is niet zo vrij als we graag hadden gezien. Dankzij nieuwe animaties oogt de logistieke acrobatiek vloeiender dan ooit, maar op enkele punten struikelt dit stukje gameplay toch. Zo is het schier onmogelijk om in één keer recht naar achteren te springen als je aan een muur hangt, een handeling die je het liefst op regelmatige basis uitvoert.
Daarnaast lijkt men ook niet alle elementen van het freerunnen van nieuwe animaties voorzien te hebben. Zo lijkt het personage een fractie van een seconde stil te staan alvorens hij of zij een middelhoog object zoals een schutting beklimt. Deze vertraging is minimaal, maar genoeg om de gevoelsmatige vaart uit een freerun-sessie te halen.
Deze kleine ergernissen zijn echter niet zo storend als de koppige camera. In besloten ruimtes kan de camera dienst weigeren. De reikwijdte van de camerahoek is dan sterk beperkt, waardoor de speler het overzicht kwijtraakt. In sommige gevallen beïnvloedt dit zelfs de besturing, waardoor een personage per ongeluk de verkeerde richting op klimt. Het gevolg is dat je soms te dicht bij een tegenstander komt, waardoor sluipen geen optie meer is en je enkel nog het open gevecht kunt kiezen. Gelukkig komen dit soort omgevingen relatief weinig voor, dus blijft de schade beperkt.
Conclusie
Hoewel Assassin’s Creed Syndicate niet dezelfde problemen kent als voorganger Unity, zijn er wel een paar irritaties te bekennen. Deze ergernissen mogen dan soms voor aardig wat frustratie zorgen, ze maken Assassin’s Creed Syndicate niet onspeelbaar. Dankzij de goed uitgewerkte personages en de prachtige (en smerige) plaats van handelen is het nieuwste deel in de reeks nog steeds een avontuur dat de moeite waard is om te beleven.
Assassin’s Creed Syndicate is vanaf 23 oktober verkrijgbaar voor PlayStation 4 en Xbox One. Voor deze recensie is de PS4-versie gespeeld. De pc-versie verschijnt op 19 november.