In Excel verwijst een "indicator" niet naar een specifieke ingebouwde functie of functie. In plaats daarvan is het een meer algemene term die een visuele cue of waarde beschrijft die de status of het resultaat van iets vertegenwoordigt. Het wordt contextueel gebruikt. Hier zijn een paar manieren waarop "indicator" kan worden gebruikt:
* Voorwaardelijke opmaak: Dit is het meest voorkomende gebruik. U zou kunnen zeggen:"Ik heb een indicator toegevoegd om cellen te markeren die het budget overschrijden" of "De rode indicator toont een kritieke fout." Hier verwijst de "indicator" naar de visuele verandering (bijv. Kleur, pictogram, gegevensbalk) toegepast door voorwaardelijke opmaak.
* aangepaste formulesresultaten: Een formule zou een waarde kunnen berekenen die als een indicator fungeert. Een formule kan bijvoorbeeld "ja" retourneren als aan een voorwaarde wordt voldaan en "nee" anders. Dit "ja/nee" -resultaat is een indicator of de toestand waar is.
* kaartelementen: Een grafiek kan indicatoren bevatten zoals trendlijnen, foutbalken of dataliketten, die visuele aanwijzingen over de gegevens bieden.
* genaamd bereiken of cellen: Een cel of benoemd bereik kan worden aangeduid als een "indicator" -cel, die een samenvattende waarde vertoont (bijvoorbeeld totale omzet, gemiddelde score).
In essentie is een "indicator" in Excel alles dat signaleert of wijst op relevante informatie. De specifieke betekenis ervan hangt af van de context. |