U moet getallen rechtstreeks in Excel -formules gebruiken wanneer u een constante waarde hebt dat zal niet veranderen. Dit is in tegenstelling tot het gebruik van celreferenties, die verwijzen naar waarden die zijn opgeslagen in specifieke cellen.
Hier is een uitsplitsing van wanneer u getallen rechtstreeks moet gebruiken:
* eenvoudige berekeningen: Als u een berekening met een vast nummer moet uitvoeren, is deze vaak eenvoudiger en leesbaarder om het nummer in de formule direct op te nemen. Bijvoorbeeld:`=A1 + 10` voegt 10 toe aan de waarde in cel A1. De `10` is een constant getal.
* Parameters in functies opgelost: Veel Excel -functies vereisen numerieke argumenten. Dit zijn vaak constanten. Bijvoorbeeld:`=rond (a1, 2)` ronden de waarde af in a1 tot twee decimalen. De `2` is een constante specificatie van het aantal decimalen.
* Hardgecodeerde waarden: Als u weet dat een waarde nooit zal veranderen en u wilt voorkomen dat u verwijst naar een cel, kunt u het nummer rechtstreeks gebruiken. Dit kan de leesbaarheid verbeteren als de betekenis van het nummer onmiddellijk duidelijk is in de context van de formule. Als u bijvoorbeeld de omzetbelasting berekent tegen een constant tarief van 6%, kunt u `=A1 * 0,06` gebruiken.
* Letterlijke waarden die nodig zijn voor vergelijking: Bij vergelijking met specifieke numerieke drempels is het rechtstreeks gebruik van getallen eenvoudig. Bijvoorbeeld, `=if (a1> 100," groot "," klein ")` controleert of de waarde in A1 groter is dan 100.
Als u geen nummers rechtstreeks moet gebruiken:
* waarden die veranderen: Als het nummer kan veranderen, moet u in plaats daarvan een celreferentie gebruiken. Op deze manier, wanneer de waarde van de cel bijwerkt, herberekent de formule automatisch. Dit is cruciaal voor gegevensanalyse en modellering.
* Complexe berekeningen met herhaalde getallen: Als u hetzelfde nummer meerdere keren in een complexe formule gebruikt, is het beter om het in een cel op te slaan en naar die cel te verwijzen. Dit maakt de formule gemakkelijker te begrijpen, bewerken en onderhouden.
Kortom, gebruik nummers rechtstreeks voor eenvoudige, vaste waarden. Voor waarden die kunnen veranderen of voor herhaald gebruik in complexe formules, gebruik celreferenties voor betere flexibiliteit, onderhoudbaarheid en leesbaarheid. |