Microsoft Office Basics verwijst naar de fundamentele vaardigheden en kennis die nodig zijn om de kerntoepassingen binnen het Microsoft Office-pakket te gebruiken. Dit omvat doorgaans minimaal:
* Woord: Documenten maken en opmaken, met behulp van basisfuncties zoals lettertypen, stijlen, koppen, lijsten, tabellen, afbeeldingen en pagina-indeling. Begrijpen hoe u documenten kunt opslaan, afdrukken en delen.
* Excel: Gegevens invoeren en manipuleren in spreadsheets, formules en basisfuncties gebruiken (zoals SOM, GEMIDDELDE, enz.), eenvoudige grafieken maken, cellen en werkbladen opmaken. Basisconcepten zoals rijen, kolommen en cellen begrijpen.
* PowerPoint: Basispresentaties maken, tekst, afbeeldingen en andere media toevoegen, animaties en overgangen toepassen (op een eenvoudig niveau) en een presentatie geven.
De 'basis' omvat doorgaans geen geavanceerde functies zoals VBA-programmering (Visual Basic for Applications), complexe formules en gegevensanalyse in Excel, of geavanceerd ontwerp en lay-out in Word of PowerPoint. In plaats daarvan richt het zich op de kernfunctionaliteit waarmee gebruikers algemene taken efficiënt kunnen uitvoeren. Zie het als de basis waarop meer geavanceerde vaardigheden kunnen worden gebouwd. |