De regels voor de naamgeving van MS Access-objecten zijn redelijk eenvoudig, maar er zijn enkele nuances waarmee u rekening moet houden:
Algemene regels:
* Maximale lengte: Maximaal 64 tekens. Hoewel je technisch gezien meer kunt gebruiken, kan Access worden afgekapt of problemen ondervinden bij het weergeven van de langere naam. Het is de beste gewoonte om je aan 64 tekens te houden.
* Toegestane tekens: Alfanumerieke tekens (a-z, A-Z, 0-9), spaties en de volgende speciale tekens:`! @ # $ % ^ &* ( ) - _ + =~`
* Geen spaties voor of achter: Uw objectnaam mag niet beginnen of eindigen met een spatie.
* Gereserveerde woorden: Vermijd het gebruik van gereserveerde woorden in Access (bijvoorbeeld `SELECT`, `FROM`, `WHERE`, `TABLE`, `DATABASE`, `JOIN`, enz.). Access kan deze verkeerd interpreteren, wat tot fouten kan leiden. Er is niet direct een volledige lijst beschikbaar, maar als u een foutmelding krijgt, kunt u proberen de naam te wijzigen.
* Hoofdlettergevoelig: Access behandelt objectnamen over het algemeen als niet-hoofdlettergevoelig (bijvoorbeeld 'MijnTabel' is hetzelfde als 'mijntabel'). Het is echter een goede gewoonte om consistentie te handhaven voor de leesbaarheid.
* Uniciteit: Binnen dezelfde database moeten objectnamen uniek zijn. U kunt bijvoorbeeld geen twee tabellen met dezelfde naam hebben.
Specifieke objecttypen (kleine variaties):
Hoewel de bovenstaande regels algemeen van toepassing zijn, kunnen er afhankelijk van het objecttype subtiele verschillen of aanbevolen werkwijzen zijn:
* Tabellen: Beschrijvende namen die de gegevens weerspiegelen zijn het beste (bijvoorbeeld 'Klanten', 'Bestellingen', 'Producten').
* Vragen: Vaak gebruiken zoekopdrachten beschrijvende namen die hun doel weerspiegelen (bijvoorbeeld 'CustomerOrders', 'ProductSalesSummary').
* Formulieren en rapporten: Net als bij zoekopdrachten moeten namen duidelijk hun functie aangeven.
* Modules en lessen: Volg vergelijkbare naamgevingsconventies als andere programmeertalen (bijvoorbeeld `CustomerModule`, `OrderProcessingClass`). Overweeg het gebruik van camelCase of PascalCase voor een betere leesbaarheid.
Beste praktijken:
* Beschrijvende namen: Gebruik namen die duidelijk het doel van het object aangeven. Dit verbetert de leesbaarheid en onderhoudbaarheid van de code.
* Consistentie: Zorg voor een consistente naamgevingsconventie in uw database (gebruik bijvoorbeeld enkelvoudige zelfstandige naamwoorden voor tabellen, camelCase voor modulefuncties).
* Vermijd afkortingen: Tenzij ze algemeen worden begrepen, kunnen afkortingen uw database minder leesbaar maken.
* Gebruik onderstrepingstekens in plaats van spaties: Hoewel spaties zijn toegestaan, verbeteren onderstrepingstekens vaak de leesbaarheid en voorkomen ze mogelijke problemen.
Door deze richtlijnen te volgen, kunt u een overzichtelijke en gemakkelijk te begrijpen Access-database maken. Als u fouten tegenkomt, controleer dan deze regels nogmaals, vooral op gereserveerde woorden en uniciteit. |