Bij verliesgevende compressie van audiogegevens worden sommige audiogegevens permanent weggegooid om een kleinere bestandsgrootte te verkrijgen. Wat verloren gaat is audio-informatie die perceptueel irrelevant of minder belangrijk wordt geacht voor het menselijk oor .
Dit omvat:
* Hoge frequenties: Veel hoogfrequente geluiden hebben een lagere amplitude en zijn voor het menselijk oor moeilijker waar te nemen, vooral bij lagere volumes. Deze worden vaak verzwakt of geheel verwijderd.
* Stille geluiden gemaskeerd door luidere geluiden: Als er tegelijkertijd een zacht geluid en een harder geluid aanwezig zijn, is het zachte geluid vaak moeilijk of niet te horen. Compressie met verlies verwijdert vaak het zachtere geluid of vermindert het aanzienlijk.
* Geluiden buiten het bereik van het menselijk gehoor: Frequenties buiten het hoorbare bereik (meestal boven 20 kHz) worden verwijderd.
* Tijdelijke maskering: Dit verwijst naar het fenomeen waarbij een zachter geluid wordt gemaskeerd door een luider geluid dat er direct voor of erna optreedt. Codecs met verlies maken hier misbruik van door het zachtere geluid te verwijderen of te verminderen.
* Fijne details en nuances: Subtiele details in het audiosignaal, zoals de exacte resonantie van een bepaald instrument, kunnen vereenvoudigd worden of verloren gaan.
Het doel van compressie met verlies is om deze verliezen voor de meeste luisteraars onmerkbaar te maken, waarbij enige betrouwbaarheid wordt ingeruild voor een aanzienlijke vermindering van de bestandsgrootte. Het niveau van deze afweging is zeer variabel, afhankelijk van het specifieke compressie-algoritme en de gebruikte instellingen. |