Compressie: Dit is het proces waarbij de grootte van een bestand of een reeks bestanden wordt verminderd. Het werkt door overtollige gegevens te identificeren en te verwijderen, waarbij algoritmen worden gebruikt om de informatie efficiënter weer te geven. Het doel is puur om de bestandsgrootte te verkleinen, waardoor opslag en verzending sneller en goedkoper worden. Veelgebruikte compressie-algoritmen zijn onder meer ZIP, gzip, bzip2 en zstd. Een gecomprimeerd bestand is nog steeds slechts één bestand, maar meestal met een specifieke extensie die de compressiemethode aangeeft (bijvoorbeeld .zip, .gz).

Archiveren: Dit is het proces waarbij meerdere bestanden in één container worden gebundeld, vaak (maar niet noodzakelijkerwijs) gecombineerd met compressie. Het primaire doel van archivering is het organiseren en beheren van meerdere bestanden, waarbij deze als één geheel worden behandeld. Dit zorgt voor eenvoudigere overdracht, back-up en distributie. Voorbeelden hiervan zijn ZIP, RAR, 7z en TAR. Een archief kan zowel gecomprimeerde als ongecomprimeerde bestanden bevatten.

In het kort:

* Compressie: Verkleint de bestandsgrootte. Focus:efficiëntie.

* Archiveren: Groepeert meerdere bestanden samen. Focus:organisatie en management.

Analogie:

Stel je voor dat je een aantal LEGO-stenen (bestanden) hebt.

* Compressie: Je vindt een manier om die stenen slim in een kleinere doos te verpakken (verkleinen).

* Archiveren: Je stopt alle stenen in een enkele, grotere doos (door ze te groeperen). Je kunt de stenen ook samendrukken voordat je ze in de doos doet.

Veel archiefformaten (zoals ZIP) combineren zowel compressie als archivering. Ze groeperen bestanden samen *en* comprimeren ze voor optimale opslag en overdracht. Het is echter belangrijk om te onthouden dat de kernfuncties verschillend zijn. Je kunt archiveren zonder te comprimeren, en hoewel dit zelden voorkomt, kun je theoretisch comprimeren zonder te archiveren (hoewel dit minder gebruikelijk is).