Er is sprake van een suboptimale mix van output wanneer de economie een combinatie van goederen en diensten produceert die de maatschappelijke welvaart niet maximaliseert. Dit gebeurt wanneer de toewijzing van hulpbronnen de voorkeuren van de consument of het marginale voordeel van de productie van elk goed niet weerspiegelt. Verschillende situaties kunnen daartoe leiden:
* Marktfalen: Dit is de meest voorkomende reden. Marktfalen verhindert dat de prijzen de werkelijke sociale kosten en voordelen van productie en consumptie accuraat weerspiegelen. Voorbeelden zijn onder meer:
* Externaliteiten: De productie of consumptie van een goed heeft gevolgen voor derden die niet bij de transactie betrokken zijn (bijvoorbeeld vervuiling door een fabriek die de luchtkwaliteit beïnvloedt). Als er geen rekening wordt gehouden met negatieve externe effecten, zal er te veel van het vervuilende goed worden geproduceerd.
* Publieke goederen: Goederen die niet-uitsluitbaar zijn (moeilijk te voorkomen dat mensen ze consumeren) en niet-rivaliserend (de consumptie van de een doet niets af aan die van de ander) worden vaak ondergeproduceerd op een vrije markt (bijvoorbeeld nationale defensie, schone lucht).
* Informatie-asymmetrie: De ene partij bij een transactie beschikt over meer informatie dan de andere, wat leidt tot inefficiënte resultaten (bijvoorbeeld de markt voor gebruikte auto's).
* Monopoliemacht: Eén enkele onderneming die een markt controleert, kan de productie beperken en hogere prijzen vragen dan bij concurrentie het geval zou zijn, wat leidt tot een lagere geproduceerde hoeveelheid dan sociaal optimaal is.
* Overheidsinterventie: Hoewel overheidsinterventie vaak bedoeld is om marktfalen te corrigeren, kan slecht ontworpen beleid ook leiden tot een suboptimale mix van output. Dit kan het volgende inhouden:
* Prijs plafonds of vloeren: Deze kunnen leiden tot tekorten of overschotten, waardoor de markt niet tegen een efficiënte prijs kan worden opgeruimd.
* Belastingen en subsidies: Terwijl belastingen negatieve externaliteiten kunnen corrigeren en subsidies de productie van goederen met positieve externaliteiten kunnen aanmoedigen, kunnen slecht ontworpen belastingen en subsidies de allocatie van middelen verstoren en tot een suboptimale mix van output leiden.
* Regelgeving: Overmatige of slecht gerichte regelgeving kan de productie en innovatie belemmeren, waardoor de efficiënte toewijzing van middelen wordt belemmerd.
* Inefficiënte toewijzing van middelen: Zelfs zonder marktfalen kunnen middelen niet efficiënt worden toegewezen als:
* Er ontbreekt informatie: Het kan zijn dat producenten onvoldoende informatie hebben over de voorkeuren van de consument, wat leidt tot een verkeerde allocatie van middelen.
* Transactiekosten zijn hoog: Hoge kosten die gepaard gaan met het kopen en verkopen van goederen kunnen een efficiënte uitwisseling in de weg staan.
In wezen vindt er een suboptimale mix van output plaats wanneer de combinatie van geproduceerde goederen en diensten niet aansluit bij wat de sociale welvaart zou maximaliseren, gegeven de beschikbare middelen en de voorkeuren van de consument. Dit komt vaak voort uit onvolkomenheden in de markt of overheidsingrijpen waardoor het onderliggende probleem niet effectief wordt aangepakt. |