* Invoer en verwerking: Net zoals een werkplek grondstoffen ontvangt, ontvangt de mond voedsel. De mond begint dan met het proces van het afbreken van het voedsel, zowel mechanisch (kauwen) als chemisch (speeksel). Dit is vergelijkbaar met de beginfasen van de verwerking op een fabriekswerkstation.

* Gespecialiseerde taken: Verschillende delen van de mond hebben gespecialiseerde taken, vergelijkbaar met hoe verschillende werkstations in een fabriek verschillende productiestappen uitvoeren. Tanden knarsen en snijden (zoals bij een snijmachine), speeksel wordt bevochtigd en begint met de spijsvertering (zoals bij een chemisch behandelstation), en de tong manipuleert het voedsel (zoals een robotarm die materialen beweegt).

* Voorbereiding op de volgende fase: De mond voltooit niet het hele verteringsproces. In plaats daarvan bereidt het het voedsel (nu een bolus) voor voor de volgende fase in het spijsverteringsstelsel, de slokdarm. Dit is analoog aan een werkstation dat een onderdeel voorbereidt voor het volgende station op de assemblagelijn.

* Afvalbeheer: De mond kan ongewenste materialen afstoten (zoals een bot of een slechte smaak), vergelijkbaar met een fabriekswerkstation dat defecte onderdelen afwijst.

* Coördinatie: De spieren, tanden, tong en speekselklieren werken allemaal op een gecoördineerde manier samen om voedsel effectief te verwerken. Dit weerspiegelt de gecoördineerde inspanning van werknemers en machines op een fabriekswerkplek.

In wezen is de mond een gespecialiseerd gebied binnen het lichaam dat specifieke verwerkingstaken uitvoert op binnenkomend voedsel en het voorbereidt op verdere vertering. Dit is direct vergelijkbaar met de functie van een werkplek in een fabriek, die grondstoffen verwerkt en gereedmaakt voor de volgende productiefase.