Er bestaat niet één enkele naam voor de praktijk van het afdekken van computergebruik op de werkplek. De terminologie hangt af van het specifieke aspect waarop u zich richt:
* Ethiek van computercomputers op de werkplek: Dit omvat in grote lijnen verantwoord en ethisch gebruik van computers, inclusief kwesties als gegevensbeveiliging, softwarelicenties en gepast onlinegedrag.
* IT-beveiligingsbeleid en -procedures: Dit richt zich op de regels en richtlijnen die een bedrijf implementeert om zijn computersystemen en gegevens te beschermen tegen ongeoorloofde toegang, gebruik, openbaarmaking, verstoring, wijziging of vernietiging.
* Gegevensprivacy en -bescherming: Dit betreft de verwerking van gevoelige werknemers- en klantgegevens in overeenstemming met relevante regelgeving (bijvoorbeeld AVG, CCPA).
* Beleid voor acceptabel gebruik (AUP): Dit is een specifiek document waarin het toegestane en verboden gebruik van bedrijfscomputers en netwerkbronnen wordt beschreven.
* Informatiebeveiligingstraining: Dit verwijst naar de onderwijs- en trainingsprogramma's die zijn ontworpen om werknemers te onderwijzen over best practices op het gebied van beveiliging.
* Bewustzijnstraining op het gebied van cyberbeveiliging: Een specifieker type training gericht op bescherming tegen cyberdreigingen.
De beste term hangt dus af van de context. Als u op zoek bent naar een algemene term:computerethiek op de werkplek of IT-beveiligingsbeleid en -procedures zijn goede opties. Als u naar een specifiek document verwijst, is dit het Acceptable Use Policy (AUP) . |