Tijdelijke gegevens in een CPU worden bewaard in registers en cache .
* Registreert: Dit zijn de snelste opslaglocaties binnen de CPU. Ze bevatten gegevens die actief worden verwerkt door de rekenkundige logische eenheid (ALU) en de besturingseenheid van de CPU. Het aantal registers en hun grootte variëren afhankelijk van de CPU-architectuur.
* Cache: Dit is een klein, snel geheugen dat fungeert als buffer tussen de CPU en het hoofdgeheugen (RAM). Gegevens die vaak door de CPU worden gebruikt, worden in de cache opgeslagen om de verwerking te versnellen. Er zijn meerdere cacheniveaus (L1, L2, L3), waarbij L1 de snelste en kleinste is, en L3 de langzaamste en grootste. Gegevens die tijdelijk in de cache worden bewaard, worden als tijdelijk beschouwd in de context van de uitvoering van een programma, ook al kunnen ze langer blijven bestaan dan gegevens in registers. |