1. Bestandsformaat
In computergraphics is een bestandsformaat een manier om grafische gegevens in een computerbestand op te slaan en te verzenden. Het bestandsformaat bepaalt hoe de gegevens in het bestand worden geordend en opgeslagen. Er zijn veel verschillende grafische bestandsformaten, elk met zijn eigen sterke en zwakke punten. Enkele van de meest populaire grafische bestandsformaten zijn:
- JPEG:Het JPEG-formaat is een veelgebruikt compressieformaat met verlies voor stilstaande beelden. Het produceert doorgaans afbeeldingen van hoge kwaliteit met kleine bestandsgroottes.
- PNG:het PNG-formaat is een verliesvrij compressieformaat voor stilstaande beelden. Het produceert afbeeldingen met scherpe randen en hoog contrast, waardoor het een goede keuze is voor afbeeldingen met tekst of lijntekeningen.
- GIF:het GIF-formaat is een verliesvrij compressieformaat voor stilstaande beelden dat ook animatie ondersteunt. Het is een veelgebruikt formaat voor eenvoudige afbeeldingen, zoals pictogrammen en logo's.
- SVG:het SVG-formaat is een vectorafbeeldingsformaat dat XML-tekst gebruikt om de afbeelding te beschrijven. Het is een goede keuze voor het maken van afbeeldingen die omhoog of omlaag kunnen worden geschaald zonder kwaliteitsverlies.
- PDF:Het PDF-formaat is een draagbaar documentformaat dat zowel tekst als afbeeldingen kan bevatten. Het is een veelgebruikt formaat voor het opslaan en distribueren van documenten.
2. Gegevensopmaak
In computergraphics verwijst gegevensopmaak naar de manier waarop gegevens in het geheugen zijn georganiseerd. Er zijn twee hoofdtypen gegevensopmaak:
- Indeling rasterafbeelding: In een rasterafbeeldingsformaat worden de afbeeldingsgegevens opgeslagen als een array van pixels. Elke pixel wordt weergegeven door een kleurwaarde.
- Formaat vectorafbeeldingen: In een vectorafbeeldingsformaat worden de afbeeldingsgegevens opgeslagen als een reeks lijnen, vormen en andere objecten. De objecten worden gedefinieerd door hun wiskundige vergelijkingen.
Rasterafbeeldingsformaten worden doorgaans gebruikt voor realistische afbeeldingen, zoals foto's. Vectorbeeldformaten worden doorgaans gebruikt voor tekeningen en illustraties.
3. Afbeeldingsopmaak
In computergraphics verwijst beeldopmaak naar de manier waarop afbeeldingen op het scherm worden weergegeven. Er zijn twee hoofdtypen afbeeldingsopmaak:
- Geïndexeerde kleur: Bij geïndexeerde kleuren wordt elke pixel weergegeven door een getal dat een kleurenkaart indexeert. De kleurenkaart bevat de daadwerkelijke kleuren die in de afbeelding worden gebruikt.
- Ware kleur: In ware kleuren wordt elke pixel weergegeven door een waarde die rechtstreeks de kleur van de pixel specificeert. Afbeeldingen met echte kleuren kunnen een veel breder kleurbereik weergeven dan afbeeldingen met geïndexeerde kleuren. |