De belangrijkste fysieke reden voor het mislukken van veel MAC-schema's (Media Access Control), bekend van WRED-netwerken (Weighted Random Early Detection), is congestie en de daaruit voortvloeiende effecten op het fysieke medium.
Hoewel WRED zelf een wachtrijmechanisme is dat is gericht op het verminderen van congestie *in de netwerkrouters*, hangt de effectiviteit ervan af van de fysieke beperkingen van het netwerk. Als de congestie ernstig genoeg wordt, spelen er verschillende fysieke beperkingen een rol waardoor MAC-schema’s mislukken:
* Verhoogde latentie en jitter: Hoge congestie leidt tot aanzienlijke vertragingen bij de pakkettransmissie en onvoorspelbare variaties in deze vertragingen. Dit maakt het moeilijk voor MAC-schema's, die vaak afhankelijk zijn van nauwkeurige timing- en bevestigingsmechanismen, om betrouwbaar te functioneren. De fysieke beperkingen van de signaalvoortplantingssnelheid en verwerkingskracht in de netwerkapparaten dragen hier rechtstreeks aan bij.
* Verhoogd pakketverlies: Wanneer congestie de capaciteit van het netwerk om pakketten te verwerken overweldigt, worden pakketten verwijderd. Dit heeft invloed op de betrouwbaarheid van de gegevensoverdracht en kan ervoor zorgen dat MAC-schema's die afhankelijk zijn van succesvolle pakketbezorging mislukken. De fysieke beperkingen van buffergroottes binnen netwerkapparaten hebben hier rechtstreeks invloed op.
* Signaalverslechtering: In draadloze netwerken kan congestie leiden tot meer interferentie, ruis en signaalverslechtering. Dit maakt het moeilijker voor de fysieke laag om gegevens correct te ontvangen en te verwerken, wat uiteindelijk MAC-schemafouten veroorzaakt. Dit heeft betrekking op de fysieke eigenschappen van het radiofrequentiespectrum en de kwetsbaarheid voor interferentie.
Terwijl WRED de congestie probeert te beheersen, kan het in wezen de *fysieke grenzen* van de netwerkinfrastructuur niet overwinnen. Wanneer deze limieten worden bereikt, hebben verhoogde latentie, pakketverlies en signaalverslechtering een negatieve invloed op het vermogen van MAC-protocollen om te functioneren zoals ontworpen, wat leidt tot fouten in de gegevensoverdracht en algehele netwerkinstabiliteit. |