WAN-verbindingen maken gebruik van verschillende communicatiemethoden, afhankelijk van de specifieke gebruikte technologie. De meest voorkomende typen zijn:
* Pakketwisseling: Dit is de dominante methode. Gegevens worden in pakketten opgedeeld, onafhankelijk over het netwerk verzonden en op de bestemming weer samengevoegd. Dit zorgt voor een efficiënt gebruik van netwerkbronnen en veerkracht bij storingen. Voorbeelden zijn onder meer:
* IP (internetprotocol): De basis van het internet, waarbij pakketten over verschillende netwerken worden gerouteerd.
* MPLS (Multiprotocol Label Switching): Een techniek die door vervoerders wordt gebruikt om de efficiëntie en veiligheid van pakketschakeling te verbeteren.
* Circuitschakeling: Hoewel dit minder gebruikelijk is in moderne WAN's, maken sommige oudere systemen er nog steeds gebruik van. Dit houdt in dat er een speciale end-to-end-verbinding tot stand wordt gebracht voordat de gegevensoverdracht begint. Deze verbinding blijft actief gedurende de duur van de communicatie. Denk aan een traditioneel telefoongesprek.
* Framerelais: Een pakketgeschakelde technologie die een verbindingsgerichte service biedt en betere Quality of Service (QoS)-garanties biedt dan standaard IP.
* ATM (asynchrone overdrachtsmodus): Een andere oudere pakketgeschakelde technologie die gebruik maakt van pakketten (cellen) met een vaste grootte. Het gebruik ervan is aanzienlijk afgenomen.
* Optische vezel: Het fysieke medium dat voor veel WAN-verbindingen wordt gebruikt. Hoewel het op zichzelf geen communicatiemethode* is, is het wel cruciaal voor de manier waarop gegevens worden verzonden. Het maakt communicatie over lange afstanden met hoge bandbreedte mogelijk.
Samenvattend:hoewel pakketschakeling (vooral IP en MPLS) het werkpaard is van moderne WAN's, kunnen andere technologieën ook een rol spelen, vaak afhankelijk van de leeftijd en specifieke vereisten van het netwerk. Het onderliggende fysieke medium heeft ook een aanzienlijke invloed op de mogelijkheden en snelheid van de verbinding. |