Het commando `ipconfig` (of `ipconfig /all` voor meer gedetailleerde informatie) is een opdrachtregelhulpprogramma in Windows dat wordt gebruikt om de netwerkconfiguratie van een computer weer te geven en te beheren. De primaire functie is om u informatie te tonen over de netwerkadapters van uw computer en hun verbindingen. Dit omvat:
* IP-adressen: De IP-adressen van uw computer (IPv4 en IPv6), zowel toegewezen als verkregen via DHCP.
* Subnetmaskers: Het subnetmasker dat aan elk IP-adres is gekoppeld.
* Standaardgateways: Het IP-adres van de router dat uw computer gebruikt om toegang te krijgen tot internet.
* DNS-serveradressen: De adressen van de Domain Name System-servers die uw computer gebruikt om domeinnamen (zoals google.com) te vertalen naar IP-adressen.
* MAC-adressen (fysieke adressen): Het unieke fysieke adres van elke netwerkadapter.
* DHCP-serverinformatie: Details over de DHCP-server die uw IP-adres heeft toegewezen (indien van toepassing).
* Netwerkadapterstatus: Of de adapter is ingeschakeld of uitgeschakeld.
* Draadloze netwerkinformatie (indien van toepassing): SSID, signaalsterkte, enz. voor draadloze verbindingen.
Naast het alleen weergeven van informatie, bieden sommige versies van `ipconfig` u ook de mogelijkheid om basisnetwerkconfiguratietaken uit te voeren, zoals het vrijgeven en vernieuwen van DHCP-leases. Dit wordt doorgaans gedaan met behulp van schakelaars als `/release` en `/renew`. Geavanceerdere netwerkconfiguratie wordt echter over het algemeen afgehandeld via de Windows GUI of andere tools zoals PowerShell. |