Er is geen enkele, universeel overeengekomen definitie van een "subset van internet". De term is een beetje dubbelzinnig. We kunnen er echter op een paar manieren aan denken:
1. Specifieke netwerken en protocollen:
* intranetten: Particuliere netwerken binnen organisaties, met behulp van internettechnologieën maar beperkt tot intern gebruik.
* extranetten: Netwerken die de toegang uitbreiden tot geselecteerde externe gebruikers, zoals partners of leveranciers.
* Dark Web: Delen van internet met behulp van specifieke protocollen en anonimiteitstools, vaak geassocieerd met illegale activiteiten.
* Deep Web: Inhoud niet geïndexeerd door standaard zoekmachines, toegankelijk via specifieke paden.
* Sociale netwerken: Platforms zoals Facebook, Instagram en Twitter vormen een subset gericht op sociale interactie.
* Specifieke domeinnamen: Websites binnen een specifiek topniveau-domein (zoals .edu, .gov, .com) vormen een subset.
2. Inhoud en functionaliteit:
* e-commerce: Websites en diensten die zich toeleggen op het kopen en verkopen van goederen en diensten.
* Streaming Services: Platforms zoals Netflix, Spotify en YouTube bieden streaming -inhoud.
* Gaming Networks: Online spelplatforms en communities vormen een afzonderlijke subset.
* educatieve bronnen: Websites en online cursussen gewijd aan het leren van een subset.
3. Gebruikersgroepen:
* het internet der dingen (IoT): Netwerken van apparaten, apparaten en sensoren die zijn aangesloten op internet.
* Web 3.0: Een ontwikkelend concept dat gedecentraliseerde, door gebruikers gecontroleerde platforms en blockchain-technologie benadrukt.
Belangrijke opmerking: Dit zijn slechts voorbeelden. Het internet is een complex en constant evoluerend systeem, dus elke poging om "subsets" te definiëren zal enigszins subjectief zijn en openstaan voor interpretatie. |