De GUI (Graphical User Interface) van een router is een webgebaseerde interface die toegankelijk is via een webbrowser. Het is in wezen een website die op de router zelf wordt gehost. Met deze interface kunnen gebruikers verschillende aspecten van de functionaliteit van de router configureren en beheren zonder gebruik te hoeven maken van opdrachtregelinterfaces (CLI's).
Het specifieke uiterlijk en de kenmerken variëren sterk, afhankelijk van de fabrikant en het model van de router, maar gemeenschappelijke elementen zijn doorgaans:
* Statuspagina's: Informatie weergeven zoals verbonden apparaten, internetverbindingsstatus, signaalsterkte (voor Wi-Fi) en datagebruik.
* Draadloze instellingen: Wi-Fi-netwerken configureren (SSID, wachtwoord, beveiligingsprotocollen zoals WPA2/3), Wi-Fi in-/uitschakelen en gastnetwerken beheren.
* Netwerkinstellingen: Configureren van LAN-instellingen (IP-adressen, subnetmaskers), DHCP-serverinstellingen, regels voor port forwarding en firewall-instellingen.
* Beveiligingsinstellingen: Wachtwoorden instellen voor de beheerinterface van de router, functies zoals firewall, inbraakdetectie en ouderlijk toezicht in-/uitschakelen.
* Geavanceerde instellingen: Meer technische opties zoals QoS (Quality of Service), VPN-installatie en dynamische DNS.
* Beheerinstellingen: Gebruikersaccounts beheren, firmware-updates en de router opnieuw opstarten.
Zie het als een bedieningspaneel voor uw thuisnetwerk, visueel gepresenteerd in plaats van via tekstopdrachten. Om toegang te krijgen, moet u meestal het IP-adres van de router (vaak 192.168.1.1 of 192.168.0.1, maar dit varieert) in de adresbalk van uw webbrowser typen. Vervolgens wordt u om een gebruikersnaam en wachtwoord gevraagd (meestal te vinden op een sticker op de router zelf). |