Hier zijn de antwoorden op het werkboek Verpleegkundigenzorg, derde editie:
Module 1:Communicatie en zorgzaamheid
Hoofdstuk 1:Communicatie
1. Wat zijn de drie belangrijkste vormen van communicatie?
Antwoord :Verbaal, non-verbaal en schriftelijk
2. Wat is het verschil tussen actief en passief luisteren?
Antwoord :Bij actief luisteren gaat het om interactie met de spreker en het geven van feedback, terwijl bij passief luisteren eenvoudigweg de woorden worden gehoord zonder er goed op te letten.
3. Wat zijn enkele tips voor effectieve communicatie?
Antwoord :Luister altijd voordat u reageert, houd oogcontact en heb een open geest en respectvolle houding.
4. Wat zijn enkele voorbeelden van non-verbale communicatie?
Antwoord :Gezichtsuitdrukkingen, gebaren en houding.
5. Wat zijn de voordelen van effectieve communicatie?
Antwoord :Het verbetert relaties, schept vertrouwen en vermindert misverstanden.
Hoofdstuk 2:Cultuur en zorgzaamheid
1. Wat is culturele competentie?
Antwoord :Culturele competentie is het vermogen om mensen uit verschillende culturen te begrijpen en te respecteren, en om zorg te verlenen op een manier die respectvol is voor hun culturele overtuigingen en waarden.
2. Wat zijn enkele manieren om culturele competentie aan te tonen?
Antwoord :Leren over verschillende culturen, openstaan voor nieuwe ervaringen en de culturele overtuigingen en praktijken van mensen respecteren, zelfs als deze verschillen van de jouwe.
3. Wat zijn enkele uitdagingen bij de zorg voor mensen uit verschillende culturen?
Antwoord :Taalbarrières, verschillen in waarden en overtuigingen, en communicatieproblemen kunnen uitdagingen zijn bij het verlenen van zorg aan personen met verschillende culturele achtergronden.
Module 2:Persoonlijke verzorging
Hoofdstuk 3:Vaardigheden voor persoonlijke verzorging
1. Wat zijn de verschillende soorten persoonlijke verzorgingsvaardigheden?
Antwoord :Persoonlijke verzorgingsvaardigheden omvatten baden, aankleden, verzorgen en toiletbezoek.
2. Wat zijn de stappen die betrokken zijn bij het verlenen van persoonlijke zorg?
Antwoord :Het bieden van persoonlijke zorg omvat het beoordelen van de behoeften van de persoon, het handhaven van zijn privacy en waardigheid, en het volgen van de juiste procedures voor infectiebeheersing.
3. Wat zijn enkele uitdagingen bij het bieden van persoonlijke zorg?
Antwoord :Het verlenen van persoonlijke zorg kan fysiek veeleisend zijn, en verpleegkundigen moeten in staat zijn de behoefte aan privacy en onafhankelijkheid van de persoon in evenwicht te brengen met zijn veiligheid.
4. Hoe kun je de privacy en waardigheid van een persoon respecteren terwijl je persoonlijke zorg verleent?
Antwoord :Je kunt de privacy en waardigheid van iemand respecteren door op de deur te kloppen voordat je de kamer binnengaat, eerst uit te leggen wat je gaat doen en hem tijdens de verzorging zoveel mogelijk privacy te geven.
5. Wat zijn enkele manieren om persoonlijke verzorging comfortabeler te maken?
Antwoord :U kunt de persoonlijke verzorging comfortabeler maken door warm water en zachte producten te gebruiken, door de persoon een comfortabele ruimte te bieden en zijn/haar wensen te respecteren.
Module 3:Verpleegkundige vaardigheden
Hoofdstuk 4:Vitale functies
1. Wat zijn de vier vitale functies?
Antwoord :De vier vitale functies zijn bloeddruk, hartslag, ademhalingssnelheid en temperatuur.
2. Hoe meet u de bloeddruk?
Antwoord :Om de bloeddruk te meten, moet u een bloeddrukmeter gebruiken en via een stethoscoop naar de Korotkoff-geluiden luisteren.
3. Hoe meet je je hartslag?
Antwoord :Om de hartslag te meten, plaatst u uw vingers op de pols of nek van de persoon en telt u het aantal slagen per minuut gedurende 15 seconden en vermenigvuldigt u dit vervolgens met vier.
4. Hoe meet je de ademhalingsfrequentie?
Antwoord :Om de ademhalingsfrequentie te bepalen, moet u het aantal ademhalingen tellen dat de persoon in één minuut neemt.
5. Hoe meet je je temperatuur?
Antwoord :Om de temperatuur te meten, moet u een thermometer in de mond, onderarm of rectum van de persoon plaatsen en wachten op de pieptoon.
Hoofdstuk 5:Medicatieadministratie
1. Wat zijn de zes rechten bij medicijntoediening?
Antwoord :De zes rechten voor het toedienen van medicijnen zijn:de juiste persoon, het juiste medicijn, de juiste dosis, het juiste moment, de juiste route en de juiste documentatie.
2. Wat zijn de verschillende toedieningsroutes van medicijnen?
Antwoord :De verschillende routes voor medicatietoediening omvatten oraal, IV, IM, SubQ en topisch.
3. Wat zijn enkele uitdagingen bij het toedienen van medicijnen?
Antwoord :Enkele van de uitdagingen bij het toedienen van medicijnen zijn onder meer ervoor zorgen dat de medicijnen veilig zijn, medicijnen veilig opslaan en effectief communiceren met de persoon die de medicijnen krijgt.
Hoofdstuk 6:Voeding en hydratatie
1. Wat zijn de essentiële voedingsstoffen voor een goede gezondheid?
Antwoord :De essentiële voedingsstoffen voor een goede gezondheid zijn onder meer koolhydraten, eiwitten, vetten, vitamines en mineralen.
2. Wat is een uitgebalanceerd dieet?
Antwoord :Een uitgebalanceerd dieet is een dieet dat de juiste hoeveelheden van alle essentiële voedingsstoffen bevat.
3. Wat zijn enkele uitdagingen bij het verstrekken van voeding en hydratatie aan patiënten?
Antwoord Een aantal van de uitdagingen bij het verstrekken van voeding en hydratatie aan patiënten zijn onder meer ervoor zorgen dat ze voldoende te eten en drinken krijgen, omgaan met voedselvoorkeuren en het omgaan met eventuele medische aandoeningen die hun vermogen om te eten of te drinken kunnen beïnvloeden.
Hoofdstuk 7:Verplaatsen en positioneren
1. Wat zijn de drie belangrijkste soorten lichaamsmechanica?
Antwoord :De drie belangrijkste soorten lichaamsmechanica zijn statisch, dynamisch en isometrisch.
2. Wat zijn enkele tips voor veilig verplaatsen en positioneren?
Antwoord :Enkele tips voor het veilig verplaatsen en positioneren zijn onder meer het beoordelen van de behoeften van de persoon, het gebruik van de juiste lichaamsmechanismen en effectief communiceren met de persoon die u verplaatst.
3. Hoe verplaats je een patiënt van bed naar een stoel?
Antwoord :Om een patiënt van een bed naar een stoel te verplaatsen, moet u de apparatuur voorbereiden, de behoeften van de persoon beoordelen en de juiste lichaamsmechanismen gebruiken om hem of haar veilig te verplaatsen.
Hoofdstuk 8:Assisteren bij dagelijkse levensverrichtingen (ADL's)
1. Wat zijn enkele van de meest voorkomende ADL’s?
Antwoord :Enkele van de meest voorkomende ADL's zijn onder meer baden, aankleden, eten, naar het toilet gaan en lopen.
2. Hoe kun je iemand met een ADL helpen?
Antwoord :U kunt iemand met een ADL helpen door fysieke hulp, emotionele steun en aanmoediging te bieden.
3. Wat zijn enkele uitdagingen bij het assisteren van patiënten met ADL’s?
Antwoord :Enkele van de uitdagingen bij het helpen van patiënten met ADL zijn onder meer hun veiligheid, hun privacy en bescheidenheid, en hun emotionele welzijn.
Hoofdstuk 9:Infectiebeheersing
1. Wat is infectiebeheersing?
Antwoord :Infectiebeheersing is het proces waarbij de verspreiding van infecties wordt voorkomen.
2. Wat zijn enkele van de meest voorkomende soorten infecties?
Antwoord :Enkele van de meest voorkomende soorten infecties zijn wondinfecties, urineweginfecties en luchtweginfecties.
3. Hoe kan een infectie worden verspreid?
Antwoord :Infectie kan worden verspreid door contact met een geïnfecteerde persoon, contact met besmette oppervlakken of voorwerpen, en via de lucht.
4. Wat zijn enkele manieren om infectie te voorkomen?
Antwoord :Enkele manieren om infectie te voorkomen zijn onder meer het regelmatig wassen van uw handen, het bedekken van uw mond en neus als u hoest of niest, en het desinfecteren van oppervlakken die mogelijk besmet zijn.
5. Wat zijn de tekenen en symptomen van infectie?
Antwoord :De tekenen en symptomen van infectie zijn onder meer koorts, koude rillingen, vermoeidheid, spierpijn en pijn.
Module 4:Onafhankelijkheid en welzijn bevorderen
Hoofdstuk 10:Onafhankelijkheid bevorderen
1. Wat is onafhankelijkheid in de verpleging?
Antwoord :Onafhankelijkheid in de verpleging verwijst naar het vermogen van een patiënt om dagelijkse levensactiviteiten (ADL's) uit te voeren zonder hulp van een beroepsbeoefenaar in de gezondheidszorg.
2. Wat zijn de stadia van onafhankelijkheid in de verpleegkunde?
Antwoord :De stadia van onafhankelijkheid in de verpleegkunde zijn:afhankelijk, afhankelijk/onafhankelijk, intermitterend onafhankelijk en onafhankelijk.
3. Hoe kunnen verpleegassistenten de onafhankelijkheid van patiënten bevorderen?
Antwoord :Verpleegassistenten kunnen de onafhankelijkheid van patiënten bevorderen door ondersteuning en aanmoediging te bieden, patiënten nieuwe vaardigheden aan te leren en hen te helpen hun omgeving aan hun behoeften aan te passen.
4. Wat zijn de voordelen van het bevorderen van de onafhankelijkheid bij patiënten?
Antwoord :Het bevorderen van de onafhankelijkheid van patiënten kan hun gevoel van eigenwaarde verbeteren, het risico op vallen en andere ongelukken verminderen en hun herstel van ziekte of letsel versnellen.
Hoofdstuk 11:Welzijn bevorderen
1. Wat is welzijn in de verpleging?
Antwoord :Welzijn in de verpleegkunde verwijst naar de fysieke, mentale en emotionele gezondheid van patiënten en hun algehele gevoel van tevredenheid.
2. Hoe kunnen verpleegassistenten het welzijn van patiënten bevorderen?
Antwoord :Verpleegassistenten kunnen het welzijn van patiënten bevorderen door een positieve omgeving te creëren, emotionele steun te bieden en hen te helpen met stress om te gaan.
3. Wat zijn de voordelen van het bevorderen van het welzijn van patiënten?
Antwoord :Het bevorderen van het welzijn van patiënten kan hun levenskwaliteit verbeteren, het risico op ziekte en letsel verminderen en hun herstel van ziekte of letsel versnellen. |