De Intel Pentium III is over het algemeen beter dan een Celeron -processor uit hetzelfde tijdperk. Terwijl beide budgetgerichte chips waren, bood de Pentium III aan:
* Hogere kloksnelheden: Pentium IIIS liep meestal op hogere kloksnelheden dan vergelijkbare knolementen, wat resulteerde in betere prestaties.
* grotere cache: Pentium IIIS had meestal een grotere cachegrootte (L2 -cache), wat de prestaties aanzienlijk verbeterde door snellere toegang te bieden tot vaak gebruikte gegevens. Dit is een belangrijke onderscheidende factor.
* Verbeterde functies: Afhankelijk van de specifieke modellen hebben Pentium IIIS mogelijk ondersteunde functies die niet aanwezig zijn in Celerons, zoals SSE (SIMD -extensies streamen) voor snellere multimedia -verwerking.
In wezen was de Celeron een kosten-gereduceerde versie van de Pentium III. Intel bereikte dit door de L2 -cachegrootte te verminderen en soms andere functies te beperken. Dus, voor vergelijkbare kloksnelheden, zou de Pentium III bijna altijd sneller en capabeler zijn. Een zeer hooggeklokte Celeron * kan echter * beter presteren dan een zeer laaggeklokte Pentium III, maar dat zou de uitzondering zijn, niet de regel. Het verschil in de cachegrootte zou meestal de kloksnelheidsverschillen binnen een generatie overtroeven. |