Er is geen enkele universeel erkende term om een computer te beschrijven die toegang heeft tot een ISCSI -harde schijf over het netwerk. Hier zijn echter enkele termen die kunnen worden gebruikt, afhankelijk van de context:
Algemene voorwaarden:
* ISCSI -client: Dit is de meest voorkomende en eenvoudige term, die de rol van de computer benadrukt bij het toegang tot het ISCSI -doel.
* ISCSI -initiator: Deze term benadrukt de rol van de computer bij het initiëren van de ISCSI -verbinding.
* iscsi -knooppunt: Een generieke term die zowel naar de initiator als het doel kan verwijzen.
termen gerelateerd aan opslag:
* Network Attached Storage (NAS) Client: Deze term wordt gebruikt wanneer het ISCSI -doel deel uitmaakt van een NAS -apparaat.
* opslaggebied Netwerk (SAN) Client: Deze term wordt gebruikt wanneer het ISCSI -doel deel uitmaakt van een SAN -infrastructuur.
Andere termen:
* Remote Storage Client: Een algemene term voor elke computer die opslagtoont via het netwerk.
* Virtual Machine (VM) met ISCSI -opslag: Deze term is van toepassing wanneer de computer die toegang heeft tot de ISCSI -harde schijf een virtuele machine is.
Uiteindelijk hangt de beste term om te gebruiken af van de specifieke context en het detailniveau dat u wilt overbrengen. |