1. Materialen :De grondstoffen of componenten die worden gebruikt om een product te maken of een dienst te verlenen.
2. Energie :De kracht die wordt gebruikt om een technologisch systeem te laten werken. Dit kan elektriciteit, brandstof of andere vormen van energie zijn.
3. Informatie :De gegevens die worden gebruikt om een technologisch systeem te besturen of beslissingen te nemen.
4. Kapitaal :Het geld of de middelen die worden gebruikt om een technologisch systeem te financieren.
5. Arbeid :De mensen die een technologisch systeem exploiteren en onderhouden.
6. Beheer :De mensen die toezicht houden op en leiding geven aan de werking van een technologisch systeem.
7. Omgeving :De fysieke en sociale omgeving waarin een technologisch systeem opereert. Dit kunnen factoren zijn zoals temperatuur, vochtigheid, vervuiling en regelgeving. |