Het primaire type invoer en uitvoer in een e-mailsysteem zijn tekstgebaseerde berichten .
Hier is een meer gedetailleerd overzicht:
* Invoer:
* Tekst: De kern van een e-mail is het sms-bericht zelf (de hoofdtekst van de e-mail).
* Metagegevens: Informatie over het bericht, zoals:
* E-mailadres(sen) van ontvanger(s)
* E-mailadres van de afzender
* Onderwerpregel
* Datum en tijd
* Headers (gebruikt voor routing en andere technische informatie)
* Bijlagen: Bestanden van verschillende typen (documenten, afbeeldingen, video's, enz.) kunnen aan e-mails worden toegevoegd, waardoor de invoer verder gaat dan gewone tekst.
* Uitvoer:
* Tekst: Het afgeleverde e-mailbericht, inclusief de hoofdtekst van de e-mail.
* Metagegevens: Dezelfde metagegevens die bij de invoer horen, worden ook bij de uitvoer geleverd.
* Bijlagen: Eventuele bijgevoegde bestanden worden samen met het bericht afgeleverd.
* Status/Meldingen: E-mailsystemen geven ook informatie weer met betrekking tot de bezorgingsstatus van berichten (bijvoorbeeld niet-bezorgde berichten, ontvangstbevestigingen, leesbevestigingen - hoewel leesbevestigingen vaak onbetrouwbaar zijn).
Hoewel e-mailsystemen bijlagen van verschillende bestandstypen kunnen verwerken, ligt het belangrijkste communicatiemechanisme en de primaire focus op het tekstbericht zelf. De metadata zijn cruciaal voor een goede routering en beheer, en bijlagen bieden de mogelijkheid om andere soorten bestanden te delen. |