Het BIOS-wachtwoord dat moet worden ingevoerd voordat het systeem opstart, is het Systeemwachtwoord (ook wel het installatiewachtwoord genoemd).
Dit is waarom:
* Systeemwachtwoord/Installatiewachtwoord: Dit is het wachtwoord dat de toegang tot het BIOS-setupprogramma beveiligt. Indien ingesteld en ingeschakeld, zal het systeem u om dit wachtwoord vragen voordat u het BIOS-instellingenscherm kunt openen *en* voordat het besturingssysteem kan opstarten. Het vergrendelt het systeem in wezen op hardwareniveau.
* Supervisorwachtwoord (ook wel beheerderswachtwoord genoemd): Dit wachtwoord geeft doorgaans volledige toegang tot alle BIOS-instellingen. Het is als een hoofdsleutel. Het kan *of niet* nodig zijn vóór het opstarten, afhankelijk van de BIOS-configuratie. Het is voornamelijk bedoeld voor het configureren van BIOS-instellingen, inclusief het gebruikerswachtwoord.
* Gebruikerswachtwoord: Met dit wachtwoord kan het besturingssysteem mogelijk worden opgestart, maar wordt de toegang tot bepaalde functies of gegevens binnen het besturingssysteem beperkt (indien geïntegreerd met het besturingssysteem). Dit type wachtwoord verhindert normaal gesproken het opstarten niet.
Kortom, als er een BIOS-wachtwoord is ingesteld om het opstarten te blokkeren, is dit het systeemwachtwoord. |