PC - Doctor is diagnostische software op Windows-systemen geïnstalleerd die lost verschillende problemen op uw computer . Het programma begint meestal op wanneer Windows wordt gestart , die kan nemen geheugen en maakt de computer langzamer tijdens het opstarten . Het programma houdt ook in het algemeen een icoon in de taakbalk waarmee de gebruiker om te zeggen of PC - Doctor is ingeschakeld . U kunt PC - Doctor uit te schakelen voor het opruimen van schijfruimte wanneer Windows opstart. Het verwijderen van het pictogram van de taakbalk zal PC - Doctor uit te schakelen . Echter , dit voorkomt dat gewoon het programma van het openen en op de achtergrond draaien , maar niet verwijderen. Instructies uitschakelen Tijdelijk Druk 1 de " Alt " , "Ctrl " , toetsen en " Delete" op je toetsenbord tegelijkertijd . Het venster Windows Taakbeheer verschijnt . Kopen van 2 Selecteer het tabblad " Processen " in het venster Windows Taakbeheer . 3 Lees door de lijst in het tabblad " Processor " om de PC - Doctor item te vinden . Selecteer het item door erop te klikken . 4 Klik op het " Proces beëindigen " knop in de rechter benedenhoek van het tabblad ' Processen ' . Selecteer " Proces beëindigen " in het pop - up box die zal verschijnen . 5 het venster Windows Taakbeheer sluiten . Hoewel u op het pictogram van de taakbalk hebt verwijderd , is PC - Doctor slechts tijdelijk uitgeschakeld . Het proces zal moeten worden herhaald na elke herstart om het programma uit te schakelen . Uitschakelen permanent 6 Selecteer de knop "Start " in de linker benedenhoek van uw bureaublad . Klik op " Run" aan de rechterkant van het menu Start . Typ " msconfig " 7 in het tekstvak van de " Run " venster zonder de aanhalingstekens . Er verschijnt een venster met de naam Hulpprogramma voor systeemconfiguratie verschijnt . Klik op het tabblad Opstarten in het venster Hulpprogramma voor systeemconfiguratie . Deselecteer 8 van de PC - Doctor invoer door te klikken op het vakje om het vinkje te verwijderen binnen het strafschopgebied. Selecteer de knop "Toepassen" en sluit het venster Hulpprogramma voor systeemconfiguratie . 9 Herstart uw systeem door naar het menu " Start " en selecteer " Restart " om de wijzigingen van kracht worden . Wanneer het systeem opnieuw is opgestart , kunt u een bericht ontvangt van het Hulpprogramma voor systeemconfiguratie om u te laten weten dat er een verandering heeft plaatsgevonden .
|