Commando's in Microsoft Word zijn niet georganiseerd in een enkele, strak gedefinieerde structuur zoals een bestandssysteem. In plaats daarvan is hun organisatie veelzijdig en hangt af van hoe u er toegang toe krijgt:
* Lint: De meest prominente organisatie is via het lint bovenaan het venster. Het lint is onderverdeeld in tabbladen (Home, Invoegen, Pagina-indeling, enz.), die elk groepen gerelateerde opdrachten bevatten. Binnen elke groep zijn de opdrachten visueel gerangschikt voor gemakkelijke toegang. Dit is de primaire methode die de meeste gebruikers gebruiken.
* Menu's (oudere versies): Oudere versies van Word waren sterk afhankelijk van menu's die toegankelijk waren via het menu Bestand of andere menubalken. In deze menu's zijn ook gerelateerde opdrachten gegroepeerd.
* Werkbalk Snelle toegang: Met deze aanpasbare werkbalk bovenaan het venster kunt u veelgebruikte opdrachten toevoegen voor snelle toegang, ongeacht het actieve tabblad.
* Contextmenu's met de rechtermuisknop: Door met de rechtermuisknop op geselecteerde tekst of objecten te klikken, verschijnt een contextmenu met opdrachten die relevant zijn voor het geselecteerde item.
* Sneltoetsen: Veel opdrachten hebben sneltoetsen (bijvoorbeeld Ctrl+C voor kopiëren, Ctrl+V voor plakken). Deze snelkoppelingen zijn niet visueel georganiseerd, maar zijn logisch gekoppeld aan hun respectievelijke opdrachten.
* Dialoogvensters: Sommige opdrachten openen dialoogvensters met gedetailleerdere controle en opties. De organisatie binnen deze dialoogvensters varieert afhankelijk van de opdracht.
* Backstage-weergave (menu Bestand in nieuwere versies): Het menu "Bestand" (of Backstage-weergave) biedt toegang tot opdrachten met betrekking tot documentbeheer, zoals opslaan, afdrukken, delen en opties.
Samenvattend is de commandoorganisatie van Word niet een enkele hiërarchische structuur, maar een combinatie van visuele groepering op het lint, contextuele menu's, sneltoetsen en dialoogvensters die zijn ontworpen om efficiënte toegang te bieden op basis van de behoeften en workflow van de gebruiker. De nadruk ligt op gebruiksvriendelijkheid en efficiënte taakvoltooiing in plaats van op strikte, formele categorisering. |