| Management Informatie Systemen (MIS) verschillen voornamelijk van andere soorten systemen in hun *doel* en *focus*. Terwijl andere systemen specifieke taken of gegevens kunnen verwerken, zijn MIS specifiek ontworpen om managementbeslissingen te ondersteunen. Hier volgt een overzicht van de belangrijkste verschillen:
MIS versus transactieverwerkingssystemen (TPS):
* Doel: TPS zijn operationele systemen gericht op het vastleggen en verwerken van routinematige transacties (bijvoorbeeld verkoop, salarisadministratie). MIS gebruikt de gegevens *gegenereerd* door TPS om samenvattingen, rapporten en analyses voor het management te maken.
* Focus: TPS is detailgericht en operationeel. MIS zijn samenvattingsgericht en managementgericht.
* Uitvoer: TPS-uitvoer bestaat uit transactiegegevens. MIS-output bestaat uit rapporten, dashboards en analyses ter ondersteuning van de besluitvorming.
* Gebruikers: TPS-gebruikers zijn operationele medewerkers. MIS-gebruikers zijn managers en leidinggevenden.
MIS versus beslissingsondersteunende systemen (DSS):
* Doel: DSS zijn interactieve systemen die zijn ontworpen om semi-gestructureerde en ongestructureerde besluitvorming te ondersteunen. MIS levert de informatie *basis* voor DSS, maar DSS gaat verder door mogelijkheden voor modellering, simulatie en wat-als-analyse aan te bieden.
* Focus: MIS richt zich op het verstrekken van gestructureerde rapporten en informatie. DSS richt zich op het ondersteunen van probleemoplossing en besluitvorming in minder voorspelbare situaties.
* Uitvoer: De MIS-output bestaat voornamelijk uit rapporten. DSS-uitvoer omvat simulaties, voorspellingen en aanbevelingen.
* Gebruikers: Beide worden gebruikt door managers, maar DSS wordt vaak gebruikt door senior managers die complexe problemen aanpakken.
MIS versus expertsystemen (ES):
* Doel: ES bootst het besluitvormingsvermogen van menselijke experts in een specifiek domein na. MIS biedt informatie, maar ES biedt gespecialiseerde kennis en redeneervermogen.
* Focus: MIS richt zich op het verstrekken van informatie ter ondersteuning van brede managementbeslissingen. ES richt zich op specifieke, complexe problemen die specialistische kennis vereisen.
* Uitvoer: MIS-output bestaat uit informatie en rapporten. ES-output bestaat uit deskundig advies en aanbevelingen.
* Gebruikers: MIS-gebruikers zijn managers. ES-gebruikers zijn vaak individuen die deskundig advies nodig hebben op een specifiek gebied.
MIS versus ERP-systemen (Enterprise Resource Planning):
* Doel: ERP-systemen integreren verschillende bedrijfsfuncties (financiën, HR, supply chain) in één systeem. MIS *gebruikt* gegevens uit ERP-systemen om managementrapportages en inzichten te genereren. ERP is de operationele ruggengraat, terwijl MIS gebruik maakt van de data.
* Focus: ERP is operationele integratie. MIS is managementinformatie en beslissingsondersteuning.
* Uitvoer: ERP-output bestaat uit operationele gegevens over verschillende afdelingen heen. MIS-uitvoer bestaat uit geaggregeerde, geanalyseerde gegevens voor het management.
* Gebruikers: ERP-gebruikers bevinden zich op verschillende afdelingen. MIS-gebruikers zijn management.
Samengevat:
MIS is een *categorie* informatiesystemen die boven operationele systemen zoals TPS en ERP staat. Ze gebruiken gegevens uit deze systemen om de informatie te verschaffen die nodig is voor effectief management en strategische besluitvorming. Terwijl DSS, ES en andere systemen de besluitvorming kunnen vergroten en verbeteren, vormt MIS de basis waarop deze meer geavanceerde systemen voortbouwen. Het kernverschil ligt in de bedoeling:MIS is ontworpen om het management te *informeren*, terwijl andere systemen andere functies kunnen vervullen, waarvan sommige bijdragen aan de informatie die beschikbaar is voor MIS. |