De Functie All in Excel wordt gebruikt om te controleren of alle waarden in een bereik aan een bepaalde voorwaarde voldoen. Het retourneert waar als alle waarden aan de voorwaarde voldoen, en onwaar als ten minste één waarde dat niet doet.
Hier leest u hoe u alle functie kunt gebruiken:
Syntaxis:
`` `Excel
=All (expressie, [bereik])
`` `
argumenten:
* Expressie: Dit is de voorwaarde die u voor elke waarde in het bereik wilt controleren. Het kan een logische uitdrukking, een vergelijking, een functie of een combinatie hiervan zijn.
* bereik (optioneel): Dit is het bereik van cellen die u wilt controleren. Als u geen bereik opgeeft, wordt de uitdrukking toegepast op het gehele huidige werkblad.
Voorbeeld:
Laten we zeggen dat u een lijst met cijfers in cellen A1 tot A5 hebt:
* A1:10
* A2:20
* A3:30
* A4:40
* A5:50
U wilt controleren of alle nummers groter zijn dan 15. U kunt de volgende formule gebruiken:
`` `Excel
=All ("> 15", A1:A5)
`` `
Deze formule retourneert true omdat alle waarden in het bereik A1:A5 groter zijn dan 15.
Hier zijn nog enkele voorbeelden van hoe u de hele functie kunt gebruiken:
* Controle op lege cellen: `=All (Isblank (A1:A5))` - Retourneert true als alle cellen in het bereik A1:A5 leeg zijn.
* Controleren op specifieke tekst: `=All (" Apple ", A1:A5)` - Retourneert true als alle cellen in het bereik A1:A5 het woord "Apple" bevatten.
* Controleren op een specifieke waarde: `=All (A1:A5 =10)` - Retourneert true als alle cellen in het bereik A1:A5 gelijk zijn aan 10.
Opmerking:
* De ALL -functie is beschikbaar in Excel 2016 en latere versies.
* U kunt de All -functie gebruiken in combinatie met andere Excel -functies om complexere omstandigheden te creëren.
Ik hoop dat dit je helpt om te begrijpen hoe je alle functie in Excel kunt gebruiken! |