Om het aantal tekens in een cel in Microsoft Excel te tellen, kunt u de LEN-functie gebruiken. De syntaxis van de LEN-functie is:
```
LEN(tekst)
```
Waarbij 'tekst' de celverwijzing of tekstreeks is waarvan u de tekens wilt tellen.
Als u bijvoorbeeld de tekstreeks 'Hallo wereld' in cel A1 hebt, retourneert de volgende formule het aantal tekens in de cel:
```
=LEN(A1)
```
Het resultaat van deze formule zou 11 zijn, wat het aantal tekens is in de tekstreeks "Hallo wereld".
U kunt ook de LEN-functie gebruiken om de tekens in een celbereik te tellen. De volgende formule retourneert bijvoorbeeld het totale aantal tekens in de cellen A1 tot en met A5:
```
=LEN(A1:A5)
```
Het resultaat van deze formule is de som van het aantal tekens in de cellen A1 tot en met A5.
Hier volgen enkele aanvullende voorbeelden van hoe u de LEN-functie kunt gebruiken:
* Om het aantal tekens te tellen in een cel die een getal bevat, kunt u de functie TEXT gebruiken om het getal naar een tekstreeks te converteren. De volgende formule retourneert bijvoorbeeld het aantal tekens in cel A1, die het getal 12345 bevat:
```
=LEN(TEKST(A1,"@"))
```
Het resultaat van deze formule zou 5 zijn, wat het aantal tekens is in de tekstreeks "12345".
* Om het aantal tekens te tellen in een cel die een logische waarde bevat (TRUE of FALSE), kunt u de functie WAARDE gebruiken om de logische waarde naar een tekstreeks te converteren. De volgende formule retourneert bijvoorbeeld het aantal tekens in cel A1, die de logische waarde TRUE bevat:
```
=LEN(WAARDE(A1))
```
Het resultaat van deze formule zou 4 zijn, wat het aantal tekens is in de tekstreeks "TRUE".
De LEN-functie is een veelzijdig hulpmiddel dat kan worden gebruikt om het aantal tekens in verschillende celtypen te tellen. |