U kunt de autocomplete -functie van Excel gebruiken om functies in te voeren, maar dit is niet de meest efficiënte manier om dit te doen. Hier is hoe het werkt:
Autocomplete gebruiken:
1. Begin met het typen van de functienaam: Typ bijvoorbeeld "Sum ("
2. Autocomplete suggereert bijpassende functies: Excel toont u een lijst met functies die beginnen met "som".
3. Selecteer de gewenste functie: Gebruik de pijltoetsen om de functie "Sum" te markeren en druk op Enter.
Het probleem:
* Beperkte suggesties: Autocomplete suggereert alleen functies die overeenkomen met de tekst die u hebt getypt, waardoor het moeilijk is om functies te vinden waarover u niet zeker weet.
* Geen parameterbegeleiding: Autocomplete geeft geen informatie over de argumenten van de functie of hoe deze te gebruiken.
Een betere aanpak:
* Gebruik de functiebibliotheek: Klik op de knop "FX" naast de formulebalk. Dit opent het dialoogvenster "Functie invoegen", waarmee u door alle beschikbare functies kunt bladeren en hulp kunt krijgen bij hun gebruik.
* Gebruik de snelkoppel "Functie" invoegen ": Druk op ALT + =om snel het dialoogvenster "Functie invoegen" te openen.
* Typ de functienaam en gebruik de knop "Help": Na het typen van de functienaam (bijv. "Sum") in de formulebalk, drukt u op F1 om hulp te krijgen bij die specifieke functie.
Over het algemeen:
Hoewel u technisch gezien autocomplete voor functies kunt gebruiken, is dit niet de meest effectieve methode. De functiebibliotheek en andere tools bieden veel betere functionaliteit en ondersteuning. |