Soorten compilers:
Compilers zijn softwareprogramma's die code vertalen die in een programmeertaal op hoog niveau is geschreven in machinecode die een computer kan begrijpen en uitvoeren. Er zijn verschillende soorten compilers, gecategoriseerd door hun aanpak, doelplatform en optimalisatietechnieken.
door aanpak:
* één-pass compilers: Deze compilers verwerken de broncode in een enkele doorgang, waardoor machinecode rechtstreeks wordt gegenereerd. Dit is sneller maar minder flexibel en is mogelijk niet geschikt voor complexe talen.
* Multi-pass compilers: Deze compilers verwerken de broncode meerdere keren en voeren verschillende taken uit, zoals lexicale analyse, syntaxisanalyse en code -optimalisatie in elke pass. Dit zorgt voor een betere foutdetectie en optimalisatie.
* Cross-compilers: Deze compilers vertalen broncode voor een specifiek platform in machinecode voor een ander platform. Dit is handig voor het ontwikkelen van software voor ingebedde systemen of verschillende besturingssystemen.
* Just-In-Time (JIT) compilers: Deze compilers vertalen de code tijdens runtime en compileren deze vlak voor de uitvoering. Dit biedt flexibiliteit en kan code optimaliseren op basis van runtime -voorwaarden.
door doelplatform:
* Native Compilers: Deze compilers genereren machinecode voor hetzelfde platform waarop ze worden uitgevoerd.
* Cross-compilers: Deze compilers genereren machinecode voor een ander platform dan degene waarop ze worden uitgevoerd.
door optimalisatietechnieken:
* Optimalisatie van compilers: Deze compilers proberen de prestaties van de gegenereerde code te verbeteren door codegrootte, uitvoeringstijd en geheugengebruik te verminderen.
* Debug -compilers: Deze compilers genereren code die gemakkelijker te debuggen is, inclusief symbooltabellen en andere foutopsporingsinformatie.
* Profileringscompilers: Deze compilers verzamelen gegevens over programma -uitvoering om knelpunten van prestaties te identificeren en de code dienovereenkomstig te optimaliseren.
Andere classificaties:
* bootstrapping compilers: Deze compilers zijn geschreven in een taal op een hoger niveau, maar vormen uiteindelijk samen met machinecode voor een specifiek doelplatform. Ze worden gebruikt om de compiler zelf samen te stellen.
* Taalspecifieke compilers: Elke programmeertaal heeft zijn eigen compiler ontworpen voor zijn specifieke syntaxis en semantiek.
Voorbeelden van compilers:
* GCC: Een veelgebruikte compiler voor C, C ++, Objective-C, Fortran en andere talen.
* clang: Een moderne compiler voor C, C ++, Objective-C en Objective-C ++.
* Microsoft Visual C ++ compiler: Een compiler voor C en C ++ gebruikt in Microsoft Visual Studio.
* Java Compiler (Javac): Compileert Java -broncode in Java bytecode.
* Python Compiler (PYPY): Een just-in-time (JIT) compiler voor Python.
Het specifieke type compiler dat wordt gebruikt, hangt af van de programmeertaal, het doelplatform en de gewenste prestatiekenmerken. Inzicht in de verschillende soorten compilers kan u helpen de meest geschikte te kiezen voor uw behoeften. |