Windows Clustering maakt gebruik van verschillende netwerktaakverdelingsmethoden (NLB), afhankelijk van de versie van Windows Server en de specifieke clusterfuncties die worden gebruikt. Er bestaat niet één enkele "Windows Clustering Network Load"; er bestaan eerder verschillende benaderingen om netwerkverkeer over geclusterde servers te verdelen. De belangrijkste verschillen hebben te maken met de manier waarop de belasting in evenwicht is en het niveau van integratie met het cluster zelf:
1. Netwerktaakverdeling (NLB) – Standalone:
* Mechanisme: Dit is een afzonderlijke, zelfstandige Windows-functie *onafhankelijk* van het cluster zelf. Het werkt op de netwerklaag (laag 3) en verdeelt het verkeer op basis van IP-adressen en poorten. Het is relatief eenvoudig te configureren.
* Clusterintegratie: Minimaal. Het cluster zelf beheert niet inherent NLB; u configureert NLB afzonderlijk voor de virtuele IP-adressen (VIP) van het cluster. Als een clusterknooppunt uitvalt, zorgt NLB voor het omleiden van verkeer naar de overige knooppunten. Er is echter geen nauwe coördinatie tussen netwerktaakverdeling en de failover-mechanismen van het cluster.
* Geschiktheid: Het beste voor eenvoudige scenario's waarin basisbelastingverdeling over meerdere servers nodig is en de applicatie niet erg clusterbewust is. Niet ideaal voor toepassingen die sterke clusterintegratie en failover-functies vereisen.
2. Cluster gedeelde volumes (CSV) en failoverclustering:
* Mechanisme: Dit is de kern van Windows Server Failover Clustering. Het cluster beheert een gedeeld opslagvolume (CSV) dat toegankelijk is voor alle knooppunten. Wanneer een knooppunt uitvalt, schakelt het cluster automatisch de toegang van de applicatie tot het CSV over naar een ander knooppunt dat in orde is. Netwerktaakverdeling is vaak *impliciet* in deze opzet. De client maakt verbinding met het virtuele IP-adres (VIP) van het cluster en de clustermanager leidt het verkeer naar het actieve knooppunt dat eigenaar is van de applicatie.
* Clusterintegratie: Strak geïntegreerd. Het cluster zelf beheert de failover en de omleiding van bronnen. De client ziet één toegangspunt (de VIP) en het cluster zorgt voor de distributie. Hierbij wordt gebruik gemaakt van een aanpak op een hoger niveau dan alleen op IP gebaseerde taakverdeling.
* Geschiktheid: Deze aanpak is het beste voor toepassingen die een hoge beschikbaarheid en nauwe integratie met de failover-clusterfunctionaliteit nodig hebben. De clusteringservice beheert de taakverdeling op een manier die transparant is voor de applicatie en de client.
3. Windows Server Network Load Balancing (WSNLB) – Geïntegreerd (nieuwere versies):
* Mechanisme: In nieuwere versies van Windows Server is netwerktaakverdeling vaak dieper geïntegreerd met failoverclustering. Hoewel het niet strikt onderdeel is van het kern-CSV/failover-mechanisme, kan het er wel in combinatie mee werken. Het maakt gebruik van het bewustzijn van het cluster over de status van knooppunten om beslissingen over de taakverdeling te nemen.
* Clusterintegratie: Beter dan zelfstandige NLB. Er is meer coördinatie tussen het cluster en NLB; de gezondheidsmonitoring van het cluster informeert de NLB-algoritmen.
* Geschiktheid: Geschikt voor scenario's waarin u zowel failoverclustering als verbeterde taakverdelingsmogelijkheden nodig heeft.
Belangrijkste verschillen samengevat:
| Kenmerk | Zelfstandige NLB | CSV/failoverclustering (impliciete taakverdeling) | WSNLB (geïntegreerd) |
|-----------------|------------------------|------------- --------------------------------|----------------------|
| Taakverdeling | IP/poortgebaseerd | Impliciet, gebaseerd op eigendom van clusterresources | IP/poortgebaseerd, clusterbewust |
| Clusterintegratie | Minimaal | Nauw geïntegreerd | Betere integratie |
| Complexiteit | Lager | Hoger | Matig |
| Failover | NLB regelt het | Cluster verwerkt het | Gecombineerde aanpak |
| Applicatiebewustzijn | Laag | Hoog | Matig |
In essentie hangt de keuze af van uw behoeften. Voor eenvoudige taakverdeling tussen servers is mogelijk alleen standalone NLB nodig. Toepassingen met hoge beschikbaarheid die automatische failover vereisen, vereisen het gebruik van CSV/Failover Clustering, vaak met geïntegreerde of verbeterde NLB voor een betere verdeling van de belasting. De nieuwere geïntegreerde WSNLB-benaderingen bieden een evenwichtige oplossing die de sterke punten van beide combineert. |