Volg deze stappen om een computer af te sluiten via de opdrachtregel op een ander netwerk of binnen hetzelfde netwerk:
Stap 1:Open de opdrachtprompt
Druk op de Windows-toets + R om het dialoogvenster Uitvoeren te openen.
Typ "cmd" en druk op Enter om de opdrachtprompt te openen.
Stap 2:Gebruik de opdracht Afsluiten
Typ de volgende opdracht, waarbij u "computernaam" vervangt met de naam van de computer die u wilt afsluiten:
```
shutdown /s /m \\computernaam
```
Stap 3:geef inloggegevens op (indien nodig)
Als de computer die u probeert af te sluiten met een wachtwoord is beveiligd, moet u de gebruikersnaam en het wachtwoord opgeven. Gebruik de volgende syntaxis:
```
shutdown /s /m \\computernaam /u [gebruikersnaam] /p [wachtwoord]
```
Stap 4:Stel een time-out in (optioneel)
Gebruik "/t" om een time-out in te stellen voordat de computer wordt uitgeschakeld parameter gevolgd door het aantal seconden. Bijvoorbeeld:
```
afsluiten /s /m \\computernaam /t 60
```
Met deze opdracht wordt de computer na 60 seconden afgesloten.
Stap 5:Voer de opdracht uit
Zodra u de opdracht met alle benodigde parameters heeft ingevoerd, drukt u op Enter . De externe computer ontvangt het afsluitverzoek en start het afsluitproces.
Opmerking:Zorg ervoor dat u over de benodigde machtigingen en toegangsrechten beschikt om externe computers af te sluiten. Voor sommige systemen zijn mogelijk beheerdersrechten of specifieke netwerkconfiguraties vereist om opdrachten voor afsluiten op afstand mogelijk te maken. |