Een thuisnetwerk is een bekend voorbeeld van een lokaal netwerk (LAN). Het omvat doorgaans:
* Een router: Deze verbindt het netwerk met internet en fungeert als centrale hub.
* Computers (desktops, laptops): Deze hebben toegang tot het netwerk en delen bronnen.
* Smartphones en tablets: Deze maken ook draadloos verbinding met het netwerk.
* Smarthome-apparaten (bijvoorbeeld smart-tv's, slimme luidsprekers): Deze nemen steeds meer deel aan het thuis-LAN.
* Een printer: Vaak gedeeld tussen de apparaten op het netwerk.
Al deze apparaten communiceren met elkaar binnen de grenzen van een huis of klein kantoor, waardoor het een lokaal netwerk wordt. De sleutel is dat het een geografisch beperkt netwerk is. |