De twee belangrijkste manieren om een netwerk logisch te segmenteren zijn:
1. VLAN's (Virtual Local Area Networks): VLAN's gebruiken software om apparaten op een netwerk te groeperen in afzonderlijke uitzenddomeinen, ongeacht hun fysieke locatie. Hierdoor kunt u meerdere logische netwerken creëren op één fysieke netwerkinfrastructuur. Apparaten binnen een VLAN kunnen met elkaar communiceren, maar niet rechtstreeks met apparaten in andere VLAN's zonder routering.
2. Subnetten: Subnetten verdelen een groter IP-netwerk in kleinere, logisch gescheiden subnetwerken. Dit wordt gedaan door bits te lenen van het hostgedeelte van een IP-adres om extra netwerkadressen te creëren. Elk subnet heeft zijn eigen netwerkadres en subnetmasker, waardoor het uitzendverkeer wordt beperkt en de netwerkprestaties en beveiliging worden verbeterd. Routers zijn nodig voor communicatie tussen subnetten.
Hoewel beide een logische segmentatie realiseren, opereren ze op verschillende lagen van het OSI-model (VLAN's zijn Layer 2, subnetting is Layer 3) en werken vaak in combinatie met elkaar. U kunt bijvoorbeeld meerdere VLAN's binnen één subnet hebben, of meerdere subnetten die meerdere VLAN's omspannen in een complexer netwerkontwerp. |