Een com-poort, een afkorting voor communicatiepoort, is een hardware-interface op een computer die verbinding en communicatie met externe apparaten mogelijk maakt. COM-poorten worden gebruikt voor seriële communicatie, wat betekent dat gegevens bit voor bit via één draad worden verzonden, in tegenstelling tot parallelle communicatie waarbij meerdere bits tegelijkertijd worden verzonden. Traditioneel werden COM-poorten voornamelijk gebruikt voor het aansluiten van randapparatuur zoals modems, printers, muizen en toetsenborden op een computer.
Deze fysieke interfaces kwamen voornamelijk voor op personal computers (pc's) die op MS-DOS of eerdere versies van Microsoft Windows-besturingssystemen draaiden. COM-poorten werden geïdentificeerd met het voorvoegsel "COM", gevolgd door een nummer, bijvoorbeeld COM1, COM2, enzovoort. Elke poort was gekoppeld aan een specifiek hardwareadres en een IRQ-regel (interrupt request).
Met de introductie van meer geavanceerde connectiviteitsstandaarden zoals Universal Serial Bus (USB), FireWire en draadloze interfaces zoals Bluetooth, Wi-Fi en Ethernet is het gebruik van COM-poorten geleidelijk afgenomen. Veel hedendaagse computers zijn niet uitgerust met speciale COM-poorten, omdat de functionaliteit is geïntegreerd in andere, meer veelzijdige connectoren of is gevirtualiseerd via softwarestuurprogramma's.
In bepaalde toepassingen worden COM-poorten echter nog steeds gebruikt voor het aansluiten van gespecialiseerde industriële apparatuur, oudere randapparatuur of ingebedde systemen die seriële communicatie vereisen. Voor dergelijke toepassingen is het mogelijk om externe adapters of converters te gebruiken om communicatie via COM-poorten tot stand te brengen via modernere interfaces zoals USB of Ethernet. |