Er zijn vier aaneengesloten klasse C-adressen nodig om het hostadres met vier bits uit te breiden.
Een Klasse C-adres heeft een standaard subnetmasker van 255.255.255.0, wat betekent dat de laatste 8 bits van het IP-adres worden gebruikt voor hostadressering. Om het hostadres met 4 bits uit te breiden, moeten we 4 bits lenen van het subnetmasker. Dit betekent dat het subnetmasker 255.255.255.240 wordt en dat de laatste 4 bits van het IP-adres worden gebruikt voor hostadressering.
Om het vereiste aantal aaneengesloten Klasse C-adressen te vinden, moeten we bepalen hoeveel IP-adressen beschikbaar zijn met een subnetmasker van 255.255.255.240. Elk Klasse C-adres heeft in totaal 256 IP-adressen, dus met een subnetmasker van 255.255.255.240 heeft elk Klasse C-adres 16 IP-adressen beschikbaar voor hostadressering.
Daarom hebben we vier aaneengesloten klasse C-adressen nodig om het hostadres met vier bits uit te breiden. |