DHCP kan een standalone server zijn of een ledenserver in een domeinomgeving.
Zelfstandige DHCP-server :
Een standalone DHCP-server maakt geen deel uit van een domein en werkt onafhankelijk. Het wordt doorgaans gebruikt in kleine netwerken waar geen domeincontroller aanwezig is. De DHCP-server is verantwoordelijk voor het beheren en toewijzen van IP-adressen aan clients binnen zijn bereik. In deze opstelling onderhoudt de DHCP-server zijn eigen database met IP-adrestoewijzingen en clientconfiguraties.
DHCP-lidserver :
Een DHCP-lidserver maakt deel uit van een Windows-domein en wordt beheerd door een domeincontroller. Het wordt doorgaans gebruikt in grotere netwerken waar gecentraliseerd netwerkbeheer vereist is. In een domeinomgeving is de DHCP-server geïntegreerd met Active Directory en verkrijgt hij zijn IP-adres en clientconfiguratie-informatie van de domeincontroller. De DHCP-server synchroniseert zijn gegevens met de Active Directory-database, waardoor gecentraliseerd beheer en monitoring van IP-adrestoewijzingen over meerdere servers mogelijk is.
De keuze tussen een standalone DHCP-server en een DHCP-lidserver hangt af van de grootte en complexiteit van uw netwerk. Voor kleine netwerken met een beperkt aantal clients en geen domeincontroller kan een standalone DHCP-server voldoende zijn. Voor grotere netwerken met meerdere DHCP-servers en een gecentraliseerde beheervereiste wordt een DHCP-lidserver aanbevolen om consistentie en gecentraliseerde controle van IP-adrestoewijzingen te garanderen. |