Er is geen enkele centrale eenheid die alle netwerkknooppunten op een typisch Ethernet -netwerk verbindt. Dit is waarom:
het gedecentraliseerde ontwerp van Ethernet
Ethernet is ontworpen om gedecentraliseerd te worden. In plaats van te vertrouwen op een enkel controlepunt, communiceren apparaten op een Ethernet -netwerk rechtstreeks met elkaar.
Sleutelcomponenten van een Ethernet -netwerk
* Netwerkinterfacekaart (NIC): Elk apparaat op het netwerk heeft een NIC nodig om verbinding te maken met de netwerkkabel.
* Netwerkkabels (meestal Ethernet -kabels): Deze fysiek verbinden apparaten.
* schakelaars (hubs in oudere netwerken): Schakelaars en hubs werken als verbindingspunten voor apparaten. Schakelaars zijn veel slimmer dan hubs en sturen verkeer efficiënt.
hoe het werkt
1. Een apparaat dat gegevens wil verzenden, verzendt een signaal over de netwerkkabel.
2. De schakelaar (of hub) ontvangt het signaal.
3. De schakelaar onderzoekt het bestemmingsadres in het gegevenspakket.
4. De schakelaar schakelt het gegevenspakket alleen door naar de poort die is aangesloten op de beoogde ontvanger.
Waarom dit ertoe doet
* Betrouwbaarheid: Als één apparaat mislukt, blijft de rest van het netwerk operationeel.
* schaalbaarheid: Het is gemakkelijk om apparaten toe te voegen of te verwijderen zonder het hele netwerk te verstoren.
Historische opmerking: In zeer oude Ethernet -opstellingen met behulp van coaxkabels was er een concept van een "Terminator" vereist aan de uiteinden van de kabel om signaalreflecties te voorkomen. Dit is echter geen centrale eenheid die het netwerk bestuurt, en moderne Ethernet-netwerken met behulp van Twisted-Pair-bekabeling en schakelaars gebruiken geen terminators. |