De snelheid van 802.11n Wi-Fi kan onder ideale omstandigheden sneller zijn dan gigabit Ethernet. 802.11n heeft een maximale theoretische doorvoersnelheid van 600 Mbps, terwijl gigabit Ethernet een maximale doorvoersnelheid heeft van 1.000 Mbps. In de echte wereld zijn de 802.11n-snelheden echter doorgaans veel lager dan het theoretische maximum, vanwege factoren zoals interferentie, afstand tot het toegangspunt en het aantal apparaten dat op het netwerk is aangesloten. In de praktijk komen 802.11n-snelheden van rond de 100 Mbps vaker voor.
Gigabit Ethernet daarentegen is een bekabelde verbinding die niet door deze factoren wordt beïnvloed. Als gevolg hiervan liggen gigabit Ethernet-snelheden doorgaans veel dichter bij het theoretische maximum. In de praktijk zijn gigabit Ethernet-snelheden van rond de 900 Mbps gebruikelijk.
Hoewel 802.11n Wi-Fi onder ideale omstandigheden sneller kan zijn dan gigabit Ethernet, is gigabit Ethernet een betrouwbaardere en consistentere verbinding. |